Tractaat van de reformatie der Kerken - pagina 193
ONDERSCHEIDING ÏUSSCHEN DE WARE EN VALSCHE KERK. Christus
zeker
daar
kerk
k a n zijn, maar kerkeraad onzer alleen het kerkv e r b a n d
167
Te minder geding kan blijven en in actieve schuld kan zijn. Daarom komt het ons voor, dat een aldus uitgeworpene door een hooger bestuur i". af heeft te wachten of zijn eigen kerkeraad zich leent tot executie van dat vonnis want doet hij dat niet en laat deze hem in het genot van de bediening der genademiddelen, zonder zijn naam van haar boek weg te nemen of daaraan openbaarheid te geven, zoo kan de uitgeworpene stil voortleven als ware er van uitwerping geen sprake; 20. executeert zijn eigen kerkeraad hem, dan behoort de
is
dit volstrekt niet.
buiten
het
;
gelijkgezinden
hij
om
zich te verzamelen en
met dezen een doleerende en eerst als ook dat belet wordt, mag hij tot uitwerping van zijn kerk en nieuwe formatie aangaan. Het geval dat een kerkeraad rechtstreeks afsnijdt is hierin besloten. En 40, kan het geval voorkomen, dat de Bedienaar des Woords door de kerkelijke regeering uit zijn ambt en uit zijn lidmaatschap wordt gezet, niet door wangedrag, maar ter oorzake van zijn vastkerk op
te richten;
30.
houden aan Gods Woord.
Ook
in dat geval is niet aanstonds uitgemaakt dat de kerk, waartoe Dienaar des Woords behoort, een synagoge des Satans is geworden. Het kan toch zijn, dat een vijandig hooger kerkbestuur dit vonnis sloeg, zonder dat zijn eigen kerk er zelf in bewilligde. En ook al ware het dat zijn eigen kerk, in verkeerde legitimiteitsbegrippen bevangen of ook uit vreeze, hem in den steek liet, dan volgt
deze
daaruit
nog geenszins dat zijn eigen kerk hem zelve zou hebben Ze kan dus in een synagoge des Satans zijn omgemaar uit zijn afzetting volgt dit op zich zelf niet.
uitgeworpen. slagen,
Daarom zouden we meenen,
dat zulk een afgezet en ontzet predivoort had te gaan met de prediking des Woords, kon het in de kerk; maar kon dit niet, dan daarbuiten. Dat hij, indien zijn kerkeraad zich aan dezen dienst onttrok, een doleerende kerk hadde op te
kant
stil
richten.
En, wierd ook
had
te
zoeken,
§
59.
dit hem belet, elders een dienst des Woords of wel de getrouwen had uit te leiden en opnieuw als kerk te formeeren.
Van de onderscheiding tusschen de ware en valsche kerk.
Ten einde beslissen,
neer
ze
echter de geloovige een vaste toetssteen hebbe
wanneer
om
te
kerk ophoudt een ware kerk te zijn, en wanbegint een valsche kerk te wezen, dient nader uiteengezet, zijn
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1883
Abraham Kuyper Collection | 240 Pagina's
![Tractaat van de reformatie der Kerken - pagina 193](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/abraham-kuyper-collection/tractaat-van-de-reformatie-der-kerken/1883/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1883
Abraham Kuyper Collection | 240 Pagina's