Tractaat van de reformatie der Kerken - pagina 206
!
RÈFORMATÏE EN LEGITIMISMÊ.
l80
Hiervan staat intusschen in het vierde hoofdstuk van Zacharia's godspraken geen woord. Sprake is daar van Zerubbabel, den vorst, die aan het hoofd der teruggekeerde ballingen, de reformatie der gevallen Jeruzalemsche kerk ondernomen had. En ondernomen, niet door prediking alleen maar zoo materieel mogelijk, door het hanteeren van truffel en houweel. Kracht en geweld dus in den meest letterlijken zin Naar vele broederen op den klank af onze woorden verstaan, zou dus aan Zerubbabel moeten gelast zijn, om van dat reformeeren, van dat hanteeren van truffel en houweel, kortom van al dit geweld, al dit krachtbetoon af te laten, en stil te wachten op 's Heeren Geest, Intusschen is de strekking van de Godspraak juist omgekeerd. Zerubbabel wil aflaten, en de Heilige Geest gelast hem niet af
maar moedig te volharden. is bang geworden. De belagers van rondsom trekken met wapengeweld tegen hem op, en nu ontzinkt aan Zerubbabel de moed, en hij denkt: „Tegen dat wapengeweld heb ik geen leger
te laten,
Zerubbabel
over
te
stellen.
Heere, doe Maar de openbaring:
Dus ben
verloren!
ik
Ik
geef de reformatie op!
Gij het \"
Heilige
Geest staat
„Zerubbabel,
staak
dit niet toe,
uw
en geeft
hem nu
deze
reformatie in Jeruzalem's kerk
geen oogenblik. Want
ge vergist u, door te meenen, dat ge dan alleen reformeeren kunt, als ge geweld tegenover 's vijands geweld kunt zetten. Ze zullen niet tegen u vermogen. Want zie, de uitkomst hangt niet af van geweld tegen geweld, of kracht tegen kracht te zetten, maar uitsluitend van de geheimzinnige en onzichtbare werking van den Geest des Heeren!" Wel verre van lijdelijkheid aan te bevelen, keurt dit Schriftwoord derhalve juist omgekeerd
alle lijdelijkheid af en gebiedt ons veeleer in den weg van geloofsgehoorzaamheid rustig met reformeeren door te gaan, ook al schijnen we het hoofd te stooten tegen een koperen muur. Of, om het nog duidelijker te zeggen, volgens de eigen woorden van den tekst is de uitroep „Niet door kracht of geweld, maar door 's Heeren Geest zal het geschieden," verklaring van het onmiddellijk voorafgaande gezicht. En wat was nu dit gezicht ? Dit: Er stond een gouden kandelaar, beeld der kerke Christi. Een kandelaar met zeven lampen. Nu liep uit elk dezer lampen een aanvoerpijp opwaarts, en door deze pijpen moest de olie, d. i. de invloeiing van den Heiligen Geest aan de kerken worden toegevoerd. Daartoe nu liepen deze zeven aanvoerpijpen uit in een kruik, :
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1883
Abraham Kuyper Collection | 240 Pagina's
![Tractaat van de reformatie der Kerken - pagina 206](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/abraham-kuyper-collection/tractaat-van-de-reformatie-der-kerken/1883/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1883
Abraham Kuyper Collection | 240 Pagina's