Tractaat van de reformatie der kerken - pagina 83
HOE HET STAAT MET DER KERKEN GOEDEREN.
69
ernstige taak, waaruit tevens deze andere ambtelijke verplichting voortblijkt elke poging, om het kerkelijk regiment bij de houden, vruchteloos, zich af te scheiden van alzulke Opzieners, die alsdan blijken niet meer van de kerk te zijn, en zich te voegen tot de ware kerk, of ook zelf die kerk op nieuw te openbarenDoch ook in gewone tijden is er in dit ambt der geloovigen nog een ander, zeer actief en positief moment. Niet slechts toch is het ambt aller geloovigen, om, gelijk we zooeven reeds aanstipten, een te kort in kennis bij de jeugd door de Zondagsscholen en andere inrichtingen aan te vullen; maar sluit dit ook de plicht in, om het Evangelie te verkondigen, waar dit niet geschiedt of slechts in schijn plaats heeft zoodra God de Heere er gave toe verleent. Mits, en hier
om,
vloeit,
waarheid
hangt in
te
alles aan, mits
men
geestdrijverschen zin,
het doe ambtelijk, krachtens zijn ambt, en niet
omdat men
er lust toe gevoelt of
waant
er
drijving des Geestes toe te hebben.
De oude Gereformeerde kerken
dreven
dit,
op het voetspoor der
eerste gemeente, zelfs zoo verre, dat ze oorspronkelijk geregelde dus-
genaamde profetieën instelden, d. w. z. saamkomsten der gemeente, waarin gewone geloovigen, onder leiding van den kerkeraad, de gemeente poogden te stichten uit den Woorde Gods, opdat alzoo alle gave, door Jezus in zijn kerk gelegd, ten nutte der kerk mocht worden aangewend. Nog van Comrie is het onlangs uitgekomen, dat ook hij dezen dienst in het Woord krachtens het ambt der geloovigen aanmoedigde. Waarmee dan tevens samenhangt, dat men voor mannen van „extraordinairische gaven," die kennelijk door den Heere daartoe be-
kwaamd
waren, ook zonder universitaire opleiding, den toegang ambt van Dienaar des Woords ontsloot.
Hoe
§ -^7.
het staat
tot het
met der kerken goederen.
Eigendom of bezit van goed is voor het wezen eener kerk niet onmisbaar. Zelfs zonder vast kerkgebouw kan een kerke Gods in de open in een schuur of pakhuis saamkomen zonder dat het wezen der kerk daardoor verkort wordt. Bij uitbreiding en in rustiger tijden daarentegen is, althans in ons klimaat, het bezitten van een of meer kerkgebouwen onmisbaar; en onmisbaar ook eenige localiteit voor kleinere samenkomsten van ambtsdragers of gemeenteleden. Behalve deze gebouwen bezit een kerk meestal ook een vast kapitaal aan roerend of onroerend goed, waarvan de inkomsten door erflaters of schenkers bestemd zijn voor het onderhoud der gebouwen, den eere-
lucht,
dienst
of
de bezoldiging der kerkedienaren.
En
zijn
de inkomsten
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1884
Abraham Kuyper Collection | 226 Pagina's
![Tractaat van de reformatie der kerken - pagina 83](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/abraham-kuyper-collection/tractaat-van-de-reformatie-der-kerken/1884/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1884
Abraham Kuyper Collection | 226 Pagina's