Uit de diepte - pagina 218

212

Wat lankmoedigheid broeders en zusters, onzen God, waardoor Hij zijn volk ondanks al wat in hen nog tegen God ingaat, draagt en redt Hoe verstaat Maar a 1 s zij dan ook verstaan, breekt de aanbidgij niet ? ding Gods als een stroom uit hunne ziel; of een stille traan van dank is de welsprekende tolk van wat er voor en door den Heeie in hen omgaat. Hij heeft alles wel gemaakt. De smartelijkste tranen, en de blijdste glimlach de donkerste wegen, en de helderste straal van het vriendelijk aangezicht des Heeren; alles was noodig en daarom goed. Dan verstaan en billijken van harte, wat weleer hunne ziele in opstand zij bracht tegen den Heere. Zoo worden zij aan des Heeren leidingen gewend, en leeren zij Hem verstaan in zijne wegen. Hoe verstaat gij niet? Deze vraag zet u onmiddellijk voor uwen God; en moge zij de bede telkens in uwe zielen doen rijzen: » Heere, leer mij uwe wegen kennen, en ik zal in uwe waarheid wandelen. Neig mijn hart tot de vreeze uws naams!" Erkent gij 's Heeren macht en vrijmacht over u? Niet enkel als een stuk der geopenbaarde waarheid, maar ook, als die Machtige en Vrijmachtige naar zijne vrijmacht in uw leven ingrijpt, en leidt in wegen, die gij niet gekend hebt, en die gij niet verstaat? »De Heere doe, wat goed zijne oogen!" Maar hoe schoon deze uitspraak zij, is in het toch, indien Hij tegen uw zin en overiets anders is leggingen ingaat. Het gaat dieper nog te belijden: » Deze Vrijmachtige doe met m ij, wat goed is in zijne oogen." Hij de pottebakker en gg het leem. Zoo make Hg van zijn leem, wat komen

is

zy niet om.

er in

,

,

!

;

Hij wil.

Dat is geen menschelijke willekeur, dat is de openbaring van zijn eeuwigen raad. Daarin is eene bron van vertroosting, rijk en diep, en eene verkwikking der ziele, te weten, dat gij in de hand zijt van dien Vrijmachtige, die door niets verhinderd, zijn raad uitvoert tot het einde toe. Verstaat gij dit als zielservaring? Anders kunt gij het niet verstaan. Verstaat gij het niet; niet steeds, niet in alles? Neen! Maar dan komt de Heere tot u met de vraag: »Hoe verstaat gij niet?" Want God moet God blijven in de geschiedenis van uw leven, en hoe meer gij Hem moogt kennen als de Vrijmachtige óok over u, des te meer zal uw leven zijn in Hem en Hem ter eer, en de heerlijkheid des Heeren gaat over u op. Uwe verwachting zij van den Heere uwen God, die zijn volk leert en leidt en toebereidt, om Hem te eeren en te dienen naar zijn

Woord.

Amen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen