GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Het keerpunt in de jongste geschiedenis van kerk en staat - pagina 27

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het keerpunt in de jongste geschiedenis van kerk en staat - pagina 27

de eerste bladzijde der tweede afscheiding

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

;

»

HET PLAN DE CAJIPAONE.

gedeelte bescliuldigiug vau oubosclieidenheid te vreezeu, laat ik het voomaaiu.ste volgen nu, zouals later steeds niet elke aanhaling, zonder eeuige verandering: even mogelijk, had

„(), indien

daar

hoor gegeven,

weigering mijnerzijds

de enkele gedachte de

het

althans

als

raakte

wanneer

recht

;

maar

van weder

zelfs

den Kerkeraad

het

er

op aankwam,

het

er

op aankwam

te

overwinnen,

niet

bij

moeten nemen, daar mij

Kerkeraads, gedurende bijna 6 jaar opgedaan,

des

handelingen

kan het gevoel van tegenzin

ik

zitting ia

op aankwam zich

er

wanneer

;

zoo gaarne aan den drang der liefde en ernst gevalt, tegenover de Liefde der Broederen eene

iit

zoo hard

stellen;

te

de

van

ervaring

mij

het

te stellen, wanneer het het Heilige handhaven het Sakrament of waarheid en

de bresse

in

om

te

staan voor den eer, de N^aam en de zaak des

te

dit bij mij in al hare klaarheid en naaktheid als voorbijgaal: zoo zelfs, dat als actief enkel dan zich die Vergadering, eene van worden geboren doet afkeer cenen doet kennen, wanneer het er op aankomt, het buitenste des drinkbekers te reinigen

Heeren,

;

handelingen, wanneer het het wezen en het

hare

terwijl

of niets

Kerk

der

betreft,

weinig

de Kerkeraad onder het oude régime, in gelijke gevallen heeft, zoodat van de Kerkeraad van voor 1867

wat

van

verschilt

zijn

zoude gedaan hebben of wellicht gedaan

ook wel

zich

die

uitwendige dingen

de

aan

gelegen leggen, gerust

liet

mag gezegd

worden „Tout comme chez nous." Geloof mij, WelEerw. Heer, dat

maar veeleer droevig gestemd,

bitter

wensch

ik niet

terwijl ik

overdrijven

te

ik

;

ben volstrekt

niet

oordeel over de handelingen van den

dit

Orthodoxe Kerkeraad nederschrijf gewis, wij hadden in een tijdvak van 8 jaren andere dingen vau den Amsterdamschen Kerkeraad mogen verwachonnoodig, te ten, dan om van tijd tot tijd de Modernen eens, en dan dücwijls nog van

„uitgezuiverde"

;

wat groote en hooge woorden

en

(irieven

de

spreken, waarin niet zelden het eigen ik

te

en meesterachtige hoogmoed, zeer waarneembaar werden.

Ge

wat

vragen,

wellicht

zult

al

deze zaken

maken hebben met

te

het

schrijven aan den Kerkeraad gequalificeerd, en naar aanleiding waarvan

ik

feit,

in

mij

11

mijn ontslag

zeer veel met die zaak te maken eene der reeks van zaken is, maar heeft, daar dit laatste feit niet indien er althans nog van gedie getuigenis geven, dat de ban op de gemeente rust

waarop

aanvroeg;

ik

antwoorden moet, dat

dit alles

op zich zelve

staat,

;

meente

zoodanig

als

baarheid

zoo

te

op den Kerkeraad

kennelijk

meende

hiertoe roeping

daarvan

onzen toestand sprake

in

te

mag

dat zoo het mij gelusten zoude en ik

rust,

hebben, het mij niet moeilijk zoude vallen, een klaar bewijs

eenvoudig een overzicht

leveren, door

geven van de Jiandelingen en po-

te

gingen des Kerkeraads gedurende de 6 jaren dat ik

lid

spreekwoord „veel geschreeuw, maar weinig wol",

iiet

dacht

men

want, zoude sant

nog

gezwegen

komt,

en het oordeel der onvrucht-

zijn,

van

daarvan was

als

toestand der gemeente

de

;

en deze nagaande,

onwillekeurig voor den aanin

hare vertakkingen

al

hierover een hoek willen schrijven, dat zou wel zeer lijvig en interes-

kunnen worden, maar tevens

bij

belangstellende lezing, door degenen die meè leven

en meè gevoelen^ en zich niet met illusiën kunnen behelpen, eer walging dan eerbied en liefde

voor zulke gemeente zoude wekken

en als

;

dit

bij

licbben, als de toestand in al hare naaktheid eens voor

dan

dit

zijn

de

in

oogen van Hem, met wiens

menschen die uitwerking zoude gesteld, wat moet

oogen werd

Naam

zich die

Gemeente nog

altijd

wil sieren.

Denk

niet,

WelEerwaarde Heer, dat

van

ik

al

deze zaken en toestanden de schuld

op de ISroederen wil werpen en mij zelven

vrij

God

de Heere

en

vaardig eii

de Keik in

zijn

is

die toestand zoo, en

richten

;

ootmoedige belijdeui>

pleiten; is

ook door mijnen schuld voor rein

in

zijn

spreken en recht-

maar veeleer diep schuldbesef maar dit betaamt ook, en vooral mij

neen, geene hooggevoeligheid, in

woord

en

daad

;

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887

Abraham Kuyper Collection | 436 Pagina's

Het keerpunt in de jongste geschiedenis van kerk en staat - pagina 27

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887

Abraham Kuyper Collection | 436 Pagina's