GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Uit de diepte - pagina 93

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit de diepte - pagina 93

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

,

87 telkens door uw ongeloof. Maar Hij, de getrouwe Bondsgod, doet het ook niet om uwent- maar om zijns naaras wille, o. Leest het toch en vergeet het nooit meer: »En God gedacht zyn verbond met Abraham en Izaak en Jakob." Het verbond dat de Heere met Abraham aangegaan en aan Izaak en Jakob herhaald had, was het verbond der genade. Krachtens dat verbond zou Abrahams nakroost, straks in Egypte tot een volk opgegroeid het aardsche Kanaiin als zichtbaar onderpand van het hemelsche erfelijk bezitten. De tijd was nu gekomen, om de bondsbelofte, aan de vaderen gedaan ten uitvoer te brengen. Aan Abraham toch was gezegd, »dat zijne nakomelingen wel dienstbaar zouden zijn en onderdrukt worden in een vreemd land vierhonderd jaar lang, maar dat zij daarna zonden uittrekken met groote have !" Om dat verbond, dat de Heere in eeuwigheid gedenkt, want in het gedenken Gods is geen gisteren en heden hoort Hij Israels gekerm en ziet Hg hen aan in hun ellende. Er was niets in Israël, zelfs hun naraelooze ellende niet, dat den Heere tot redding bewegen kon Niet Abrahams nakroost als zondig volk, maar Israël als bondsvolk, zag de Heere aan. Het was dus een genadig uitvloeisel uit het verbond, door God in Abraham, den stamvader, met heel het volk opgericht, dat zij van onder het juk van Egyptes dienstbaarheid verlost en naar het land der belofte gevoerd werden. Verbondsgewijze had de Heere zich met zijn volk in betrekking gesteld en Abraham met zijn nakroost tot zijn eigendom aangenomen. Verkiezende genade was de eenige oorzaak, Christus de eenige grond, en de heilgoederen de heerlijke strekking des verbonds. Wel' wordt van de zijde des zondaars (want het verbond is wederkeerig) ook geloof en bekeering vereischt, doch nooit als verdienstelijke voorwaarden, maar uitsluitend als vruchten des verbonds. Wat de Heere toch als Rechter van zijn schepsel eischt schenkt Hy als Bondsgod aan zijn volk. Door dat te vergeten, wordt zoo menig kind van God gedurig geslingerd. Uit het verbond, dat in Gods eeuwige verkiezing zijn oorsprong heeft, komen u al de genadeweldaden toe. Reeds werd het u in uwen Doop beteekend en verzegeld, dat krachtens het verbond, waarvan Christus het Hoofd is, u de vergeving der zonden en het eeuwige leven toekomt. Ziet, hierin ligt juist de heerlykheid van dat verbond, dat van den zondaar niets ,

,

,

,

!

meer tot zijn zaligheid wordt geëischt, maar hem alles genade in zijn Borg en Middelaar geschonken is. De grond uwer zaligheid ligt dus in geen enkel opzicht u,

maar buiten u

in het verbond, zooals het in Christus,

uit

in

uw

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887

Abraham Kuyper Collection | 820 Pagina's

Uit de diepte - pagina 93

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887

Abraham Kuyper Collection | 820 Pagina's