Uit de diepte - pagina 184

,:

178

genadeloon

der treurenden om hunne zonden. Men wil maar naar verdienste. Men vraagt: sWat is er met dat treuren in den dienst van God te verdienen, te winnen? Brengt het ook uitwendige loon,

voordeelen aan ?" o. Diep gezonken mensch By u geen oog voor de eeuwige schatten, geen oog voor uw heraelhooge schuld, geen oog voor den eenigen Middelaar; alleen oog voor aardsche heerlykheid, !

aardsch vermogen aardsch geluk Voorwaar, de mensch is uit de aarde, aardsch En wanneer men dan elkander afvraagt bij de ontkenning van eigen schuld en zonde, welk uitwendig voordeel de dienst van God aanbrengen zou, gaat men aan het vergelijken. Nu zal men gaan zien, wie het het beste naar de wereld hebben, die God vreezen of die Hem niet vreezen. Men zal de weegschaal der uitwendige voordeelen ter hand nemen. In de eene schaal zal men dan leggen alles, wat bij de godvreezenden wordt gezien van aardsch geluk en voorspoed; in de andere, wat hiervan bij de wereld wordt aangetroffen en wat dan de meeste voordeelen aanbrengt, zal men kiezen. Nu gaat het aan hot opletten! Van den schat, dien het volk Gods in hun Jezus bezit, komt niets in rekening, dien ziet men niet. Van wat Asaf later ,

!

!

;

zag, het eind der wegen, ziet men evenmin iets. En wat is het resultaat van hun onderzoek ? Bij des Heeren volk wordt over het algemeen de waarheid bevestigd gezien: »Vele wederwaardigheden zijn het lot des rechtvaardigen". Veel kruis, veel zuchten en geween veel zelfopoffering van uitwendige voordeelen en genietingen. Als zij op een Heman letten, hooren zij hem in Ps. 88 klagen: »Want mijne ziel is der tegenheden zat; Gij hebt mij in den ondersten kuil gelegd, in duisternissen en diepten. Mijn oog treurt vanwege verdrukking ik ben twijfelmoedig." Als zij de Jobsgestalte voor zich zien en de wolk van getuigen, die achter lag; waarvan later in Hebreen 11 wordt gezegd, dat zij verlaten, verdrukt, en kwalijk gehandeld zyn, welker de wereld niet waardig was als zij de kinderen Gods zien als gehaat door de wereld, als versmaad door al, wat door de wereld groot en rijk en verheven wordt genoemd, zie, dan blijft de schaal, waarop men de genietingen en uitwendige voordeelen der godvreezenden woog, omhoog. Men meent, de Heere moest toch dat dienen en wacht houden en vasten en treuren beter beloonen Zij doen dit ook wel eens ook zij dienen uitwendig den Heere; zij houden zooveel mogelijk de wet; zij vasten, maar zij ontvangen geen loon. ,

;

;

!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen