Uit de diepte - pagina 119

!

,

113 in Christus, uit naar den dag van huns Konings heiikracht, wanneer de verheffingen Gods in hunne keel zouden 3 zijn en een tweesnijdend zwaard ia hunne hand (Ps. 110

gen

:

en Ps. 149 6). En zou de Heere geen antwoord op zulk bidden geven ? Zou Hij het geroep zijner ellendigen niet verhooren ? Zou Hij niet merken op de stem hunsgebeds? Zeker, mijne hoorders! » Terwijl zij nog spreken, zoo zal Ik hooren !" zegt de Heere (Jes. 65 24). » Immers zal de Hemelsche Vader den Heiligen Geest geven dengenen, die Hem bidden." De uitstorting des Heiligen Geestes, met Hem vervuld te worden en te spreken met andere talen, gelijk onze tekst meldt, is een verblijdend en vertroostend antwoord op het gebed der discipelen. De verhoogde Koning deelde thans aan de zijnen den overvloed zijner schatten en gaven uit. De Vader liet Hem aan zijne rechterhand niet wachten op het loon, Hem op zyn Middelaarsarbeid toegezegd. Voorwaar, een veelbeteekenend antwoord op het gebed ontving de schare van Jezus' volgelingen in de uitstorting des Heiligen Geestes. Zeker, nooit is een gebed op wonderdadiger, schitterender, majestueuser en vertroostender wijze verhoord, dan op dezen Pinksterdag. »Och, dat Gij nederkwaamt!" was hun gebed, en ziet, na tien dagen regent het piasregens van zegen uit de schatkameren des hemels, uit den troon Gods en des Lams. Geliefden, laat ons verstaan, dat elk gebed, naar Gods wil, op 's Heeren tijd, met verhooring gekroond wordt en dat men gewisselijk op antwoord mag hopen vanwege Gods trouw en waarheid, want: :

:

God zal zijn waarheid nimmer krenken, Maar eeuwig zijn verbond gedenken. Zalig degenen die pleiten op het verbond, want dat doet het harte Gods in liefde tot de zijnen ontvonken. Elke grond moet ons ontzinken. Alleen het verbond houdt eeuwig stand, en daarvan zijn de beloften niet af te scheiden. Daarop zullen wij wijzen, na gezongen te hebben Ps. 138 : 1 en 2. ,

lieflijk is 't, dat zonen broeders samenwonen, Daar 't liefdevuur niet wordt verdoofd 't Is als de zalf op 's Hoogepriesters hoofd De zalf, waarmee hij is aan God gewijd,

Ai, ziet!

Van

hoe goed, hoe

'tzelfde huis als

Die door haar reuk het hart verblijdt.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen