Uit de diepte - pagina 254
248 »clie in
—
ten," heid zal
den hemel woont, »Hii zal spreken
Hg
zal lachen; de in zijnen toorn,
Heere zal ze bespoten in zijne grimmig-
ze verschrikken."
II.
Geven wij slechts nog meer in het bijzonder acht op de bevestiging dier hoogernstige waarheid en hare toepasselijkheid op onze eigene volkstoestanden in deze dagen. Was het reeds eene spreuk der oude heidenen, waarin een diepe waarheid verscholen lag, n.1. deze: »Als God een volk verderven wil, slaat Hij het met blindheid," de geschiedenis heeft het steeds geleerd, dat groote omwentelingen voorafgegaan werden door tijden, waarin de regeeringen met blindheid en de volken met razernij geslagen waren waarin het recht veil was, en brutaal geweld zegevierde. Zoo was het in vroeger eeuwen in het Romeinsche ryk, zoo was het tegen het laatst der vorige eeuw onder de volken van Europa, en in het bijzonder in Frankrijk; en ook het einde van deze eeuw doet ons reeds de voorteekenen van diezelfde verblinding aanschouwen. Bepalen wy ons slechts bij ons eigen land en volk. Wyst niet alles duidelijk daarheen, dat God een twist heeft met de inwoners dezes lands schijnt ons volk niet met blindheid geslagen blindelings volgt het de staf des drijvers, zonder zich rekenschap te geven, waarheen het gevoerd wordt. Eeeds vermenigvuldigden de slagen, die Gods hand ons toebracht, en toch is het, zooals Jehova door zijn profeet aangaande Israël
—
;
;
;
klaagde:
—
»Ik
heb
hen
geslagen; maar
zij
hebben geen
pijn
gevoeld."
Reeds
ons land, eenmaal de bruidschat der koningen afgedaald in de benedenste rangen der volken van Europa; en nog verheffen wij ons op onze dwaasheid, terwijl naburige vorsten en regeeringen ons in hunne raadzalen als een waarschuwend voorbeeld aanhalen. Inderdaad onze overheid scheen langen tijd als met blindheid geslagen; als eene blinde leidde God haar, zonder dat zijzelve wist waarheen, evenals een bergstroom, die slechts dood en vernieling aanricht. En waar ook onlangs andere mannen tot de regeeringstaak geroepen werden, mannen naar het hart van ons Christenvolk, zal het daar nog mogelijk zijn dien verwoestenden stroom te keeren, en Gods oordeelen van ons land en volk af te wenden is het wellicht niet de laatste stem van een boeteprofeet tot ons volk, waarna de verwoesting ten volle besloten zal zijn? is
geheeten,
;
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887
Abraham Kuyper Collection | 820 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887
Abraham Kuyper Collection | 820 Pagina's