GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De vleeschwording des woords - pagina 26

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De vleeschwording des woords - pagina 26

1 minuut leestijd Arcering uitzetten

XXII

INLEIDING.

maar een afdndsel

niet een sfeer,

Dit

voor

blijkt

navolgende

Boek

Hoof(hf ld- Xr,

I.

dat

rijmd,

is,

ten

hij

hiz.

zoo

den mensch zelve n.

in

mocht

twijfelen

genomen

uitspraak,

de mensch niet

ziel

nog

wie

van

Gods genoemd wordt, schoon

Ofschoon dus de

180.

het nochtans niet ono-e-

is

aanzien

uit deze

IiidiMie:

uit Calvijns

zijne ziel het beeld

ik het grondbeginsel dat

ik straks gesteld heb, vasthoud, dat hel leeld Gods zich tufstrekt tot de geheele voortrejf'elijkheid, zoaardoor des scJien

natuur loven

wordt

dan

alle soorten

door dit woord

van dieren uitmnnt.

xerstand

Zoo

aangewezen de rechtheid,

waarmede Adam begaafd was, toen

hij

door een

rcclit

genegenheden had die naar de rede

uitmuntte,

waren geschikt, en

men-

alle

zinnen in rechte orde ingericht,

en waarlijk door zijne uitnemende gaven de heerlijkheid van zijnen Schepper uitdrukte.

En hoewel de voornaamste

van het goddelijk beeld geweest

zitiilaatH

in het ver-

is

stand en hart, of in de ziel en hare vermogens, zoo

geen deel geweest,

nochtans

zelfs tot

is

er

het Ikhaani toe,

in hetwelk niet eenige vonkjes glinsterden.

Boek

Hoofdstuk

I.

maken, dat

in

XV,

llz.

181.

Waaruit

den beginne het beeld Gods

wij op-

in het licht

des verst ands, in de rechtheid des harten en in de goede

gesteldheid van alle deelen

Boek

I.

Hoofdstuk

XV,

is

hlz.

te zien geweest.

182

en

183. Dewijl dan

het beeld Gods die volkomene voortreffelijkheid

de

menschelijke

uitblonk,

natuur,

die

maar daarna zóó

is

in

Adam

van

vóór den val

verdorven en schier

gewischt, dat er uit die verwoesting niets

ven dan

is

is

uit-

overgeble-

hetgeen verward, verminkt en met vuil ver-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887

Abraham Kuyper Collection | 300 Pagina's

De vleeschwording des woords - pagina 26

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887

Abraham Kuyper Collection | 300 Pagina's