Het keerpunt in de jongste geschiedenis van kerk en staat - pagina 354
de eerste bladzijde der tweede afscheiding
;
;
DE ONDERNOMEN VELDTOCHT,
336
men
welke
Amsterdam
te
niet aantreft, aldaar
wel bestaat
dat,
;
waar schier
overal elders de Kerkeraad, dat zijn de predikanten, ouderlingen en diake-
nen, als zoodanig geweerd zijn uit het beheer der plaatselijke kerkegoederen
Amsterdam wel aan den Kerkeraad, dat
dit beheer te
fondsen,
en
predikanten, ouderlingen en diakenen als zoodanig
is
opgedragen
zijn
de
;
dat tegenover de bewering, dat de Kerkeraad aanvankelijk in dit opzicht uit eigen hoofde handelde,
de
feitelijke
doch zich
toedracht deze
genomen had,
in het jaar
is,
door de gemeente
later
dat de Kerkeraad, nadat
liet
machtigen,
de goederen over-
hij
1810 een reglement op het beheer ontwierp, dat
tegen betaling verkrijgbaar stelde, en de gemeenteleden uitnoodigde
bedenkingen mede zoude worden
;
dat
een
der twee bedenkingen, die van gemeenteleden in-
kwamen, de bevoegdheid van den Kerkeraad betrof om goederen
door
te
om hunne
waarvan, voor zooveel noodig, gebruik gemaakt
te deelen,
het bestuur over de
voeren, en deze bedenking door den Kerkeraad weerlegd werd
het betoog, dat
tot dat bestuur
vertoonende de geheele gemeente, wel degelijk
als
hij,
bevoegd was
;
Kerkeraad werd opgedragen,
dat derhalve dit belang der gemeente aan den als uitoefenende het bestuur,
naardien
hij
geen
andere taak heeft; dat de Kerkeraad in het jaar 1869 de gemeente geraadpleegd heeft of
fondsen
zij
wenschte,
eene andere wijze van bestuur over de kerkegoederen en
en
deze
bij
stemming
beslist heeft, dat
geene veran-
zij
dering in den toestand wenschte;
dat de Kerkeraad evenwel niet als Bestuurscollege het beheer voerde, de appellanten
afleiden
uit
het
reglements voorschrift,
dat
geschillen tus-
bij
schen Kerkeraad en Commissie, de eerste beslist en niet de door de Synodale
Reglementen aangewezen Besturen,
ook
in de Kerkelijke
Commissie
en dat alsdan de kerkeraadsleden, die
zitting hebben, niet
medestemmen
;
dat evenwel deze huishoudelijke voorschriften volgen uit en aantoonen de eigenaardige betrekking, die tusschen Kerkeraad en Commissie, als hoofd en gedelegeerde, bestaat in
;
dat tusschen hoofd en gedelegeerde geen kerkelijk geschil
den zin der kerkelijke verordeningen kan aangenomen worden
paling, dat de
Kerkeraad
in één geval, zoo hij wil,
;
dat ook de be-
de gemeente raadplegen kan,
zeker ook niet met de voorschriften der kerkelijke verordeningen in strijd
dat de brengen, is,
nimmer afdeinzende pogingen om het
bewijs
is
het beheer op een anderen voet te
opleveren, dat de bestaande rechtstoestand een andere
dan men dien voorstelt en weuschelijk acht Overwegende, dat de aangenomen geïncrimineerde Wijzigingen en Bijvoe-
gingen
door
het
Provinciaal Kerkbestuur van Noord-Holland in drieërlei
opzicht met de wettige verordeningen in strijd geacht worden
:
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887
Abraham Kuyper Collection | 436 Pagina's
![Het keerpunt in de jongste geschiedenis van kerk en staat - pagina 354](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/abraham-kuyper-collection/het-keerpunt-in-de-jongste-geschiedenis-van-kerk-en-staat/1887/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887
Abraham Kuyper Collection | 436 Pagina's