Uit de diepte - pagina 433

,

427 Laat ieder 's Heeren goedheid loven; Want goed is d' Oppermajesteit! Zijn goedheid gaat het al teboven: Zijn goedheid duurt in eeuwigheid!

Psalm 118:13,

Gezegend 4. tezaam

zij

de

Koning!

groote

Wy

14.

u

zegenen

al

!

Maar daar zijn er velen die niet knielen die Hem niet zegenen in aanbidding. Zij zeggen: nHet Wonder is my te groot; ik kan het niet !" gelooven ik kan het niet aanvaarden ,

;

;

Gij,

zoo spreekt, gij vergist u. Neen, waarlijk! uwe hart tegenover dit Kind, uw gebrek aan aanschrijft gij niet aan de rechte oorzaak toe, zoo gy dat het Wonder u te groot is. Gij aanbidt

die

van

koelheid bidding,

beweert,

omdat u dit Wonder niet groot gij Zoo gij de grootheid ervan opmerktet zoudt in aanbidding wegzinken. Gij verstaat nog niet h o e groot dit Wonder is. De grootheid Gods is onpeilbaar. En slechts wien de onpeilbaarheid der aanbiddelijkheid van het die gelooft Volzalige Wezen voorby en door de ziele gaat en aanbidt. Slechts wie bet Wonder aanschouwt, gelijk het zich in de diepte van het eeuwige wezen Gods verliest, die moet het aanvaarden. Daarom, wij zullen niet met en voor u naar den grond van dit Wonder zoeken, om u te bewegen tot geloof. Zoo gij die gronden zoudt kunnen vinden en goedkeuren, zoo zou het Wonder Gods ophouden een wonder te zijn. Neen laten wy slechts dieper zien in de diepte van het niet,

gelooft niet,

gij

genoeg

is.

,

,

,

—

,

Wonder Gods.

het Wonder Hier in dit Kind hebt gy Gemeente der vrijwillige vernedering van Gods Zoon. ,

Zullen lijken

wij

in

dit

!

Kind de heerlykbeid van hef" moet dan

naam aanschouwen,

—

zijn

wonder-

niet tot ons

maar tot ons hart spreken. God, geopenbaard in het vleesch; God, de Schepper, de Volheerlijke, de Koning van 't heelal neemt de natuur van een schepsel, van een mensch, aan; de natuur des menschen die niet slechts afhankelijk, eindig en broos is, maar om

verstand

,

,

aan moeite en lijden en dood onderworpen. de menschelijke natuur schreiende geboren. Geboren niet als een zoon van een vorst, onder een adellijk wapen, als erfgenaam van roem en goud; maar als het kind van deze arme, eenzame maagd, om wier smart en om wier kind zich geen mensch buiten deze stal bekommert. Hij wordt der

zonde

wil

God wordt

in

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen