GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Het werk van den Heiligen Geest - pagina 164

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het werk van den Heiligen Geest - pagina 164

Het werk van den Heiligen Geest voor de kerk in haar geheel.

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

DE HEILIGE GEEST

126

IN

DEN MIDDELAAR.

Deze gaven, krachten en vermogens ontving de menscholijke natuur van den Christus intusschen niet aanstonds met haar

volle

Eer

iverkiiKj.

inte-

gendeel aanvankeHjk geheel iverkeloos. Gelijk

kan

den

in

vermogens,

en

nog

die

niet werken. In een jong wichtje

vrouwelijk geslacht, dat aan moeders borst

om op

haar

zelfs zijn

die straks in een

boom

zoo ook schuilen er in ons, menschen, van onze jeugd af

uitgroeien,

gaven

zaadkorrel een kracht sluimert,

ligt,

schuilt reeds het

van het

vermogen

beurt zelve de moederborst aan een ander wicht te bieden;

de organen er reeds voor aanwezig

;

maar zoomin dat vermogen

dat orgaan werkt nog. Zoo school in ons ons denken, spreken, oordeelen en

als

wat

niet

al,

reeds terwijl onze moeder ons in haar schoot droeg,

maar zonder

dat nog eenige werking, welke dan ook, van deze vermogens denkbaar was.

En

nu zeggen we, dat ook de Christus naar

in dien zin

mensche-

zijn

natuur wel reeds in de ontvangenis de gaven, vermogens en krachten

lijke

van den Heiligen Geest had ontvangen, maar zonder dat deze vooralsnog uitkwamen, zich toonden of werken konden.

De

Heilige Geest bedeelde deze gaven, krachten en vermogens aan de

natuur

menschelijke

Dooper

de

in Joh.

den Christus toe ^zonder mate", zegt Johaunes

van 3

:

En

34. Dit drukt een tegenstelling uit.

tegenstelling, dat aan andere personen deze gaven, krachten en

van den Heiligen Geest slechts met mate, deel,

naar

Maar

dat nu

wegviel,

d.

i.

onderscheidenlijk, voor een

ieders individueele roeping of bestemming, bij

en

dat

den Christus daarentegen

Hem

deze

gaven,

ontstaan of optreden:

»Ook

behoefde niets. Hij bezat

in

alles.

En

den Christus eenig gevoel kon Hij

wel, let er op, niet krachtens zijn god-

immers daarom

niets

volheid

maar krachtens

zijn

is;

en vermogens in die mate

die gave des Geestes behoefde Ik nog!"

delijke natuur; die

zelve

worden toebedeeld.

dit onderscheidene, individueele,

krachten

werden toebedeeld, dat nooit of nimmer

wel deze

vermogens

ontvangen

A;o«, wijl zij

de eeuwige

menschelijke natuur, die door den

Heiligen Geest met deze heerlijke gaven was toegerust.

Ware krachten

het uu hierbij gebleven,

dan zou de Christus wel

al

deze gaven,

en vermogens bezeten hebben, maar ze zouden nimmer

zijn uit-

gekomen, nooit hebben gewerkt. Daarom greep er uu nog een andere daad

van

den

Heiligen

Geest

aan

plaats, hierin bestaande, dat

en

vermogens

allengs zoo

oefeniug schouk.

de

menschelijke natuur van den Christus

de Heilige Geest alsnu aan die gaven, krachten

meer en

in

toeuemeude mate haar werking en

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1888

Abraham Kuyper Collection | 303 Pagina's

Het werk van den Heiligen Geest - pagina 164

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1888

Abraham Kuyper Collection | 303 Pagina's