Het werk van den Heiligen Geest - pagina 94

OORSPRONKELIJKE SCHEPPING EN HERSCHEPPING.

56

de

deze

levensvonk,

verborgen aanraking door God, den Drieëenige, tot

inzooverre alle werkingen op het schepsel aan de drie god-

stand

komt,

delijke

Personen gemeen

Maar onderscheidt men, en vraagt men, aan

zijn.

van deze drie Personen de levendmakende en bezielende werking

welken

meer bijzonder toekomt, dan moet van

derhouding én

zag beleden, dat dit het werk

Maar den

men

hiermee,

Geest

Heiligen

de schepping zoowel

bij

als

bij

de on-

creatuur, én meer bijzonder van den mensch, én

alle

van de gaven

bijzonderst

het

van

innerlijke bezieling, dit onsteken

Er kan dus wel gezegd, dat deze

zal het

den mensch, eerbiedig en met

in

God

van

is

toestemmen, treedt dan ook het werk van

een geheel ander

in

jaren aan de Gemeente des Heeren Vrij algemeen toch leeft de

ont-

stil

den Heiligen Geest.

is

licht,

dan waarin het nu lange

getoond.

Gemeente des Heeren thans onder den indruk,

alsof het werk van den Heiligen Geest schier uitsluitend op het geïiadeleven

en opging in het werk der wedergeboorte en der heiligmaldng.

zag,

Onze Catechismus, door

leiding

zijn

deelen

drie

andere

(XH

Het

:

van

mag

niet verheeld, gaf hiertoe

bekende indeeling

worden deze

»Hoe

het

eerste

in het

antwoord op de 23ste vraag:

geloofs-)artikelen gedeeld ?" is

God den Zoon

God den Vader

van

min of meer aan-

en onze verlossing.

—

als

hij

zegt

:

»In

en onze schepping. Het

Het derde van God den

Heiligen Geest en onze heiligmakmgy

Toch sprak in

zijn

heilig.

van

reeds Ursinus, een der opstellers van den Catechismus, het

»Schatboek" uit: »Alle drie Personen scheppen, verlossen, maken

Edoch,

behouden deze orde

zij

in het

werken, dat de Vader schept

door middel van den Zoon, de Zoon van den Vader, en

zichzelven,

de Heilige Geest van die beiden."

Maar doordien lige

het diepere inzicht in het aanbiddelijk mysterie der hei-

Drievuldigheid

allengs

nog even den omtrek

van

teloorging,

deze

en

men op den

verborgenheid

kansel hoogstens

aanroerde, kon het niet

anders, of de Sabelliaansche dwaling moest weer in de gemeente insluipen, alsof er drie opeenvolgende perioden

Personen

Vader

geweest

alleen,

waren.

de

voorwerp

Eerst een periode van werkzaamheid voor den

toen Hij de wereld en alle dingen schiep en het natuurlijke

leven in stand hield.

nadat

van werkzaamheid voor de goddelijke

natuur wierd

zaamheid voor

Toen een periode van werkzaamheid voor den Zoon,

onnatuur was geworden en de mensch gevallen lag en

van verlossing.

den

Heiligen

En

Geest

dat toen eerst de periode van werkintrad,

om

alsnu op grond van dat

verlossingswerk de verloste personen weder te baren en te heiligen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen