Het werk van den Heiligen Geest - pagina 190
Het werk van den Heiligen Geest voor de kerk in haar geheel.
DE UITSTORTING VAN DEN HEILIGEN GEEST.
152
dronkenheden, die lijnrecht tegen het drijven van den Geest des Ileeren ingaat.
Wat ook
over
wij
in het allerminst niet op,
We
storten.
houden
om
De mensch
die bij het eigen licht des Geestes iets
hen,
hun eigen
schrijven gaan, doelt er dan
aan het Pinksterfeest nieuw leven in
voor ondoenlijk.
dit
feit
om
is
voor
van des Geestes eigen werk
bespieden mochten, eenig klaarder inzicht
ziel
openen
te
in de
beteekenis van wat op den grooten Pinksterdag te Jeruzalem gebeurd
Want
het verhaal van Handelingen 2 ook
eenvoudig
hoe
metterdaad
is
maar eenigszins met
en
ingewikkeld
uiterst
is.
schijne, het
moeilijk te verklaren, en wie ook
ernste zich rekenschap poogt
te
geven van wat
onder uitstorting van den Heiligen Geest te verstaan hebbe, per
te
aard te on-
is er in zijn
Neen, wat we met eerbiedigen schroom gaan pogen,
geestelijk voor.
in
en heerlijk
heilig
dit
zal,
hij
hoe die-
in het verband der Heilige Schrift indringt, op te meer bezwaren
hij
en te ernstiger moeilijkheden stuiten.
We
maken
door
verborgenheid sluiting
worden
wat we doen
de
niet
gaan,
is
de allergeringste aanspraak op, die
toelichting,
we geven
Zulk vermeten
gebracht.
Gods
van
dacht
dan ook
er
ligt
richten en de overtuiging
bij
scherper
iets
hen
zou deze
gaan, tot heldere ont-
zeer verre van ons.
een zwakke poging wagen,
kinderen
als
op deze
om
En
de geheiligde aan-
heilige gebeurtenis te
wekken, dat men meestal veel
te
al
te op-
pervlakkig over deze hoogheerlijke gebeurtenis heenloopt.
We men
beginnen daartoe met duidelijk de bezwaren uiteen te zetten, waarop
bij
het indenken van deze gebeurtenis stoot.
Deze bezwaren
zijn vier in aantal.
Teti eerste rijst het bezwaar,
hoe op
den Pinksterdag pas de Heilige Geest werd uitgestort, bijaldien toch ook de heiligen des
Ouden Verbonds de gaven
des Heiligen Geestes deelachtig wa-
Ten tweede doet zich het bezwaar voor, hoe men onderscheiden zal tusschen de uitstorting van den Heiligen Geest vóór nu bijna negentien eeuwen
ren.
en den ingang van den Heiligen Geest nu in onze dagen in de ziel van een onbekeerd mensch. Ten derde stuit men op de bedenking, hoe de apostelen, die reeds de goede belijdenis
hadden beleden en
alles
hadden verlaten en
Jezus waren nagevolgd, en op wie Jezus reeds geblazen had, zeggende: »Ontvaugt den Heiligen Geest!'' nu pas op den tienden dag na Jezus' hemelvaart
den
Heiligen
Geest
ontvingen.
En
eindelijk,
ten vierde, ligt er hier iets
onverklaarbaars in de teekenen, die de uitstorting van den Heiligen Geest verzelden.
Er
verschijnen geen engelen, die
Gode
lofzingen,
maar men hoort
een gedruisch; er omschijnt hen geen heerlijkheid des Heeren, maar
vuurs dwarrelen boven elks hoofd lijke
;
en wat te beluisteren valt,
is
vlammen
geen heer-
Godsopenbaring, maar een spreken in klanken, die ongemeen en onge-
woon waren en
die toch elk der aanwezigen op zijn beurt verstond.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1888
Abraham Kuyper Collection | 303 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1888
Abraham Kuyper Collection | 303 Pagina's