Het werk van den Heiligen Geest - pagina 282

DE GEESTELIJKE GAVEN.

244

XXXVIL DE «EEJ^TELIJKE OAVEK.

Doch wijs

naar de beste gaven, en ik

ijvert

u eenen weg; die nog uitnemender I

De

charismata of geestelijke gaven

waarvan onze Koning

De veel

den hemel

heftiger

den

tijd,

is.

81.

kerk op aarde voorziet,

zijn

om

haar

in staat te stellen.

Heftig wordt

Niet alleen door de zichtbare machten der wereld, maar

de onzichtbare demonische machten. Rust wordt

nog door

haar nooit gegund. Satan gelooft die

:

alzoo de middelen en krachten,

zijn

kerk van onzen Koning heeft een roeping op aarde.

aangevallen.

zij

uit

van haar taak

tot de volvoering

Cor. 12

hem nog

gelaten

overwinning aan. Vandaar

niet,

is,

dat Jezus overwonnen heeft. Hij ziet

voor een

zijn rusteloos

tijd

van nog altoos mogelijke

woelen en woeden,

aanval op de ordinantiën der kerk, zijn gedurig pogen

om

zijn

gestadige

de kerk te ver-

deelen en te vervalschen, en vandaar ook zijn telkens vernieuwd betwisten

aan Koning Jezus van de macht in

Gelukken

dat wenscht; maar ten deele gelukt kerk, waaruit

we

eigen kerk.

Satan nooit in dien volstrekten

aan

dat

zal

zijn

zien, dat

hem

dit wel.

de kerkstaat niet dan

bij

waarin

zin,

Dat toont de

hij

historie der

hooge uitzonderingen

en voor een korte poos een gewenschten stand oplevert, en dat daarente-

gen in minstens acht van de tien eeuwen de staat der kerke Christi diep treurig en voor zijn volk

Ook de kerken En toch, onder ven

beschamend

is.

Christi in deze landen strekken ten bewijze daarvan. al

deze tegenspoeden en terwijl telkens de baren en gol-

des Almachtigen over haar heengaan, heeft nu die kerk een roeping,

een taak, een haar aanbevolen werk te volbrengen.

Soms

bestaat

dat

werk, die taak, die roeping, in niets anders dan in

de taak, die aan Job was opgelegd, ten

als

bed des Heeren, toch het geloof

Maar welken vorm aanneme, altoos noodig;

t.

w.

om

zich door Satan te laten

zif-

de tarwe, en te toonen, hoe desniettemin, uit kracht van het ge-

kracht,

is

niet uit haar

boezem

is

uit te roeien.

die taak der kerk in de verschillende

er voor het volbrengen

eeuwen ook

van die roeping geestelijke kracht

die de kerk uit zichzelve niet heeft en die haar

vau haar Koning moet geschonken worden.

daarom

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen