Locus de Consummatione Saeculi - pagina 72

70

College-dictaat van een der studenten (Dogmatiek).

ons alleen een algemeenen indruk, die ons zooveel besef en kennisse is om ons alles, wat de laatste dingen betreft (de wederopstanding des vleesches, het laatste oordeel enz.) als voorwerp des

biedt

aanbrengt, als toereikende geloofs te doen

aannemen. Daarom wordt ons

alles

gezegd:

a.

deels in uitdrukkingen aan het dagelijksch leven ontleend;

h.

deels in symbolische beeldspraak.

a.

Wat van iemand

overblijft is zijn lijk, dat

onder de aarde of in een spe-

lonk begraven wordt. h. Door het begraven

te vergelijken met het aan de aarde toevertrouwen verdorven wordt en sterft, met de profetie van daarin die zaadkorrel, den van een nieuw leven. (1 Cor. 15.) 2. Wij moeten beginnen met de noodige distincties. Bij de schepping wordt Adams aafia eerst geschapen en ligt het daar nog onbezield gereed. Dan wordt de ipvxrj er door God ingeschapen het leven ontluikt en Adam verheft zich op de aarde. Elke theorie dus, die het zou voorstellen, alsof het lichaam product der ziel zou zijn en alsof beide niet twee, maar ééne substantie zouden zijn, wordt door de Schrift absoluut verworpen. Het lichaam is een eigen organisme; ook al is het orgaan der ziel. De ziel en het lichaam zijn ieder op zich zelf een eigen organisme d. w. z. het lichaam bezit onafhankelijk van de ziel in zichzelf alle gegevens, die noodig zijn voor een organisch leven. Die twee, lichaam en ziel, treden nu wel bij de schepping in een unio, en dan wordt het organisme van het lichaam een :

orgaan van de ziel en ontstaat er een inwerking van beide op elkaar; maar alle nadruk moet hier gelegd op hét woord orgaan; het geschiedt niet krachtens of volgens de substantie, doch volgens de unio creatrix. Niet dus: de ziel is de organische essentie van het lichaam, maar: het lichaam is op zichzelf een eigen organisme. Alleen blijft de vraag over, of het lichaam, los gedacht van de ziel, ook leven in zich heeft, of wel, dat het leven alleen wordt geschonken en dus voor het organisme van het lichaam alleen dan bestaat na de unio met het organisme der ziel; nadat het organisme van het lichaam met het organisme der ziel in gemeenschap

is

getreden.

van het leven van het lichaam

En dan

leert de Heilige Schrift, dat wij

niets bespeuren, vóór die unio

met de

ziel is tot

stand gebracht.

36-39. Hier wordt ons de voorstelling gegeven, dat het (rc5fia van den mensch in den vorm, waarin het aan de aarde wordt toevertrouwd, niet bestendigd wordt, maar avalvExai. Wat wil dit zeggen? Het kan niet beteekenen dat het vernietigd wordt, want dan zou er geen opstanding van het lichaam mogelijk zijn; wat opstaan zal, kan niet aan de 9^09« worden prijsgegeven. Doch 3.

1

Cor. 15:

:

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen