Locus de Consummatione Saeculi - pagina 193

191

College-dictaat van een der studenten (Dogmatiek).

De

apostel

zegt hier van de christelijke kerk^ dat

zij

is

de ohog nvEv^aTi-nóg

en dat de christenen allen als Xl&oi ^óavreg worden gel)Ouwd, nld naast de kerk, ook niet naast Istxil'l; maar op den door de Joden verworpen, doch van God gelegden hoeksteen. In VS. 9 past hij dan ook op de clnistelijke kerk deze woorden toe: yévog (VS. 5)

skIskvov, altijd

apostel,

maar

^aöikeiov

het

ieQi'cxsvf^ia, k'O-voq

priesterlijke

dat

v^Mftg

volk;

—

ayiov, 7.a6q

sig Ttegtnoirjoiv.

het heilige volk, do vleeschelijken zin

ilwo's

natuurlijk

niet

Israël

d.

de christelijke kerk uit de heidenen.

i.

in

Nu W^S Isral'l

Gods en toch zegt de

En

—

dit alles

is,

in vs. 10 past hij

Hoséa's profetie insgelijks niet toe op Israël, maar op deze zelfde 16. Nog ééne plaats is er, waarop men zich beroept, nl.

viisig.

:

19—21. Deze wel eenigszins raadselachtige woorden zijn alleen als men zich met zijne gedachten verplaatst in den toestand, waarin zij, tot wie ze gericht werden, zich bevonden. De Chiliasten verklaren ze aldus, dat zij maar moesten wachten, totdat er voor hen een tijd van verademing kwam dan zou God uit den hemel Jezus tot hen zenden en dan zou hunne heerlijkheid (duizendjarig rijk enz.) ingaan. Doch: juist het tegenovergestelde staat er. Wat is KVft'i/;'z5^£s? De Staten-Overzetting heeft „verkoeling" d. i. in de thans gangbare taal „vervreemding" doch de beteekenis van dit woord is juist eene tegenovergestelde; het woord wilde vroeger zeggen, dat de Heere den gloed van zijnen toorn zou verkoelen en daardoor hun dus ruste zou bereiden. (In denzelfden zin dus, waarin de rijke man zeide: laat Lazarus mijne tong verkoelen). Deze woorden wijzen dus op die periode, waarin het lijden van de kerk hier op aarde ophoudt. Thans is het kruis de canon der kerk; terwijl de afgevallen Joden door hunne jiaQaeig onder den vloek Gods leven. Maar er zal eene afkoeling, eene verkoeling komen van den toorn Gods en met die verkoeling valt samen de ccTcoaxolri van den Christus „die u van tevoren georakeld is." Dat ziet natuurlijk op de tweede komst van den Heere, op Zijne wederkomst want Petrus spreekt na Zijne hemelvaart. Hij is nu in den hemel opgenomen, maar Hij zal wederkomen om alle dingen [navxav) weer op te richten om te brengen eene aTiQv.axcc6xa6ig, niet alleen van Israël, maar ook van de iO-vri, van den v.6ayiog, van het lichaam, en deze aTtov-ardaxaGig is door de profeten voorzegd. En waartoe vermaant nu de apostel zijne hoorders? „Verandert uwe votIgis en bekeert u." Zij hadden Christus verworpen en gedood; in het oordeel Gods zou juist de heerlijkheid van dien Christus geopenbaard worden; daarom moesten zij met het oog op Christus' wederkomst ten oordeel, meer nog dan de s%vri, in de hoogste mate vergiffenis en uitdelging hunner zonden zoeken en zich l^ekeeren. Hand. 3

te

:

verstaan,

;

;

;

;

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen