Locus de Consummatione Saeculi - pagina 200

19«

College-dictaat van een der studenten (Dogmatiek). profetie

maar ook wordt ons

;

in Ps. 22

en Jes. 53

het lijden en

sterven van

Messias gescliilderd en dat wel als uitgevoerd door de handen van

dien

zijn

eigen volk.

„Wie

heeft onze prediking geloofd?" (Jes. 53 1) eene vragende uitdrukontkenning inhoudt „niemand heeft onze prediking sterke eene welke king, geloofd," alzoo, dat het volk als volk dien „ebed Jahveh" volkomen verwerpt. En dan wordt verder in Jes. 53 gezegd: a. hoe die door zijn volk verworpen Messias de drager is van de zonden zijns volks: „Hij heeft onze krankhede)! op zich genomen"; hoe Hij door die zonden zal sterven en eerst door zijn dood zaad zal b. :

zien (VS. 10). 23.

„Wie onder ulieden neemt zulks

„er

is

ter ooren?" d. i. evenals in niemand, die Hem aanhoort" (ef. vs. 1 s.s.) Aan den anderen kant toekent ons de profetie, dat er ook bij die ontzaggelijke zonde van verwerping redding zal zijn; dat er ook zullen zijn, die Hem aannemen en doelen zullen in Zijne verlossing. Alles hangt hier maar want, als af van het bezit van het geloof', „het zien van den Onzienlijke" die Christus vernietigd is en er niets van Hem is overgebleven, dan jubelt de wereld over Zijn val; maar dan ook spreekt het geloof „en nu geloof ik in Hem als mijn Verlosser". Daarom ontvangt het geloof eerst zijne kroon in de opstanding, niet in het kruis omdat eerst aan den morgen der opstanding gerealiseerd wordt, wat het geloof bij het kruis heeft gegrepen. 10 spreekt die uitverkorenen Gods, dat deel des volks, hetwelk Jes. 50 den Heere vreest, toe. „Wie is er onder ulieden, die den Heere vreest, die naar de stem zijjns knechts hoort?" (in tegenstelling met Jes. 53 :1 en 42: 23). „Als hij met zijn Messias de duisternis ingaat, dat hij dan betrouwe op den

Jes. 42

Jes. 53

:

1

:

;

;

:

naam

des Heeren en steune op zijnen God."

15. Weer, dat wie dien „ebed Javeh" zal aanhangen, door Hem behouden worden. Weer hier de tegenstelling, dat al wat zich hoog opdrijft in de wereld en zich tegen den Messias aankant, neer zal storten en zal omkomen maar dat, wie met Hem in de duisternis ingaat, door Hem gered zal worden, dat de treurigen Slons, de verbrijzelden en nederigen van geest in Hem zullen leven. Door deze aansluiting des geloofs van die gebrokenen aan dien van God gestelden „pêlê" ontstaat een nieuw, uit Hem geboren >:olk: het

Jes. 57

:

zal

;

„lo-ammi", dat „ammi" wordt. Jes.

65 teekent dat „lo-ammi" nog veel broeder. Het volk wordt verworpen. blijft (vs. 8), enkele knechten uit dat verloren volk zal

Maar de kern ervan Hij te

om

zich als zijn volk verzamelen. Dit

gebeuren

staat.

is

de rijkste uiteenzetting van wat

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen