Locus de Consummatione Saeculi - pagina 569
College-dictaat van een der studenten
237 College-dictaat van een der studenten (Dogmatiek). bij de Naaktloopers, die zicli van alles terugtrokken. Maar ook bij dezen was nog niét de volste consequentie; dan toch hadden ze hals over kop in 't IJ moeten springen en verdrinken om aldus van het lichaam af te komen. Ze hadden wel niets met huizen of kleederen van noode, maar toch hielden ze een zeer aanmerkelijk deel van de o^ccxd over, n.l. het lichaam. .II.
Hebben de Anabaptisten hun dualistisch-spiritualistisch
beginsel kunnen volhouden? Neen. En waarom niet? Omdat ze aard
„Apocalypticl" waren.
Het
ligt
nu
in
den
der zaak, dat ze, voor zoov-er ze apocalypticl waren, juist een anti-dua-
listisch
karakter droegen.
Het karakter van het apocalyptische bestaat hierin, dat men een verheerlijking van de zichtbare dingen, dus ook van den mensch, door de Wederkomst des Heeren inroept. Het apocalyptische in den goeden zin roept die verheerlijking
in door de
Wederkomst des Heeren, het apocalyptische in verkeerden Wederkomst. Wat zien we nu met de Anabaptisten
zin doet dit reeds vóór de
gebeuren ? Ze willen niet weten van de bestaande orde van zaken komen daartegen in opstand en richten in Munster onder Jan van Leyden een nieuw koningschap op. Ze zeggen wel gebroken te hebben met de bestaande Overheid, maar ze stellen een nieuwe macht en orde van zaken in naar eigen believen en gerief; ze zoeken iets aparts en geïsoleerds voor de kinderen Gods, een staat in den staat, een wereldstaat voor de kinderen Gods. De geschiedenis heeft geleerd, hoe op deze manier de kinderen Gods van de zonde zijn afgekomen. Het liep in Munster juist op het tegenovergestelde uit, als men verwachtte. Men beoogde eenen staat in hemelsche gerechtigheid en de uitkomst leerde, dat onder de burgerlijke Overheid de justitia civilis bleef, terwijl juist bij hen niet alleen het burgerlijk gezag, maar ook de menschelvjke eerbaarheid met voeten getreden iverd. uit dien tijd
en van een Overheid; ze
III.
Daaruit
blijkt,
dat
we
het dualistisch karakter, dat de Anabaptisten
kenmerkt nog van eene andere zijde te bezien hebben. De quaestie van het dualisme komt nogmaals te berde, waar de genade in de wereld intreedt, en eerst, waar we op dat dualisme komen, begrijpen we het eigenlijk karakter van het Anabaptistisch beginsel. Allereerst ontstaat deze vraag: Als de genade Gods in de wereld komt, treedt ze dan in de wereld als „novum quid creans" of als id, quod e rat, recreans? Schept ze iets nieuws of herschept ze het bestaande?
Deze vraag is aan de orde gesteld door de Anabaptisten en evenzeer door de Mennonieten (hoewel deze laatsten gewoonlijk voel heiliger en meer bezonnen zijn dan de Anabaptisten, zijn z(^ in de grondbeginselen precies dezelfde).
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891
Abraham Kuyper Collection | 781 Pagina's
![Locus de Consummatione Saeculi - pagina 569](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/abraham-kuyper-collection/locus-de-consummatione-saeculi/1891/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891
Abraham Kuyper Collection | 781 Pagina's