Locus de Consummatione Saeculi - pagina 190

188

College-dictaat van een der studenten (Dogmatiek.)

Nu

ook

leert

Wat.

nag 6

vs. 26a., dat die nwQcoaig

nu

befeckent

De Chüiaaten

'lagai^l.

een einde neemt.

in dit verband 7t«g 'J<t^«/}A? Let er op, dat er niet staat

verlclaren aldus: alle

dan op aarde levende Joden

zullen zich tot den Heere bekeeren en de in het geloof ontslapen Joden zullen

opstaan en zich

Dat de

dan

Joden,"

hen voegen.

bij

met den

strijdt

is

tekst.

Als

ik toch 7r«s

opvat als „de

'/(j()«r]A

totaliteit

van

het „gedankenwidrig" het te beperken tot het dan levend

vleeschelijk Isra$l sensu carnali opgevat, moet eronder vei'staan de totaliteit van alle vleeschelijke kinderen, uit Abraham gesproten; dus: alle gestorven Joden èn de nu èn de dan levende Joden. Het gansche vleeschelijke Israël, allen moeten dan tot den Heere komen. De bekrimping der Chiliasten herleidt Tcaq tot ^6 of i/ioo en dat kan niet, dat verbiedt het begrip van nas. Welke mogelijkheid blijft er dan over? :

;

"Wel tweeërlei 1*^.

zijn, 2''.

onder

of

dus

:

nc/g 'igqu/jX

moot verstaan

„allen alt IsraH, die waarlijk Israël

uitverkoren Joden:

alle

moeten verklaard van „de kerk van

of de v^roorden

Christus", dus: alle

uitverkorenen, zoowel uit de Joden, als uit de heidenen.

In den laatstgemelden zin vat Calvijn het op. Dit

dan ook de eenvoudigste heidenen door inenting geestelijk Israël geworden zijn, ware kinderen van Abraham en daarmee echte kinderen Clods; en nu, nadat de boom volgroeid is, nadat zo 7cXriQ(ofia zav s&vav is ingegaan en ook nog takken van de Joden zijn ingeënt: nu is die boom geworden Tcag 'lagaril en dat Gcod-riaszai. Toch zijn er wel eenige bedenkingen tegen deze exegese in te brengen: a. dat allen, die tot het geestelijke Israël behooren, gered zullen worden, is geen mysterie, maar spreekt vanzelf; de %Qriaz6zrig zov Gsov is daarvoor waarborg. b. het woord ovrtoq komt bij deze verklaring niet tot zijn recht; er wordt gezegd, dat de ncÓQcoatg temporeel is, dus daarin ligt reeds, dat er dan van Israël nog iets wordt. verklaring:

van

Daarom

schijnt

het

dus in dezen zin: alsdan zullen alle uit

Abrahains

eigenaardig

is

vs. 17 tot vs. 24 toont de apostel aan, dat de

verband

uit

AbraJiain gesproteiVi

nakonielingen

zel/'standig

de andere opvatting

uitverkoren

karakter vertoonen

zijn,

meer

te

rechtvaardigen;

ware kinderen Gods, één

geJwel

lormen,

allen,

die

een zekere

en als zoodanig ten eeuwigen leven

gered ivorden.

Nu wordt geopenbaard ötóftK

men vanzelf niet kan weten, een uvazriQiov eens als één geheel weer een eigen iets in het zov Xqiozov zullen uitmaken. iets

;

medegedeeld, wat

namelijk dat

zij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen