GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

E voto Dordraceno - pagina 332

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

E voto Dordraceno - pagina 332

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

ZONDAG

320

XII.

HOOFDSTUK

VII.

Melchizedek nabloeide; en dat hij Aarons priesterschap, wel verre van het over te nemen en te bestendigen, afschafte en tot zijn einde bracht. Als Christus zoo gedurig er van spreekt, dat

hij „de waarheid is", dat wij „de waarheid moeten doen", dat hij „Koning in het rijk der waarheid is", en wat dies meer zij, dan moet ge dit nooit wijsgeerig verstaan, maar moet dit verklaard worden uit de tegenstelling met de schaduwen

en ceremoniën.

De

was

het

omgekeerde van de waarheid, en

slechts het afgietsel, de schijn er van.

En de Middelaar die thans kwam, vervullen, was dus in tegenstelling

om

dienst

die

der schaduwen

schaduwen

met dien

ij

delen

af te schaffen en te

schijn

en die afbeeldende schaduw de waarheid zelve

der dingen.

Aarons priesterschap

is

wand

nooit anders dan een schilderij aan den

geweest, en toen nu de echte priester, wiens beeld dat schilderstuk uitdrukte, zelf

man

kwam, had dus

heel Israël zich terstond

van het schilderstuk naar den

dien het afbeeldde moeten wenden. Doordat het dit niet deed, toonde

het, dat het zijn schilderij

aan den wand

niet

eenmaal verstond en

geestelijke beeld van den Middelaar niet in gelezen had.

schilderstuk ten slotte met geweld van den

worden.

Het

verbrand.

En de

voorhangsel priesterlijke

des

wand

er het

Vandaar dat

dit

gerukt en vernietigd moest

tempels scheurde.

tabbaard van Cajaphas

De tempel is

is

in

vuur

spoorloos verdwenen.

Welke was nu de taak die op den Christus als priester rustte? Over punt is door alle eeuwen heen veel getwist en zelfs nog op de Synode

dit

van Dordt en daarna bestond hierover verschil van gevoelen o. a. tusschen Maccovius en Wallaeus, de destijds zoo kundige hoogleeraren te Franeker en te Leiden. Dit geschil ontspon zich naar aanleiding van de woorden, die thans in art. 22 van onze Confessie aldus luiden: „Maar Jezus Christus, ons toerekenende alle zijne verdiensten en zoo vele heilige werken, die hij voor ons en in onze plaats gedaan heeft, is onze rechtvaardigheid."

Men was

het er namelijk geheel over eens, dat Christus gestorven

was

voor onze zonde en nu leefde om voor ons te bidden. De lijdelijke voldoening en voortredinge bij den Vader stond vast. Daar wierd niet aan getornd. Maar wel kon men het niet recht eens worden over de vraag of de Christus ook de wet voor ons volbracht had, en of derhalve ook zijn heilig leven plaatsbekleedend

voor ons was geweest.

onze Confessie het gevoelen dergenen, die dan ook belijdenis van onze kerken gebleven. dit beaamden, en sinds De kerk belijdt én de lijdelijke én de dadelijke gehoorzaamheid van den Zeer terecht triomfeerde

in

is dit

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's

E voto Dordraceno - pagina 332

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's