GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

E voto Dordraceno - pagina 379

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

E voto Dordraceno - pagina 379

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

ZONDAG

XIV.

HOOFDSTUK

367

I.

van een vrouw; anders van een getrouwde dan van een ongetrouwde; anders van een meerderjarige dan van een minderjarige; anders van een vrij man dan van een gevangene; anders van een eerloos verklaarde dan van een eerzaam burger. Met zulk een „staat" hangen ieders rechten en verplichtingen saam. En het is die „staat", die hem door de wet van het land is opgelegd, waaraan hij zich als burger heeft te onderwerpen. Stel, er komt iemand over onze grenzen, die voor onze landswet schuldig aan

is

allerlei

overtreding, dan zal het lot van zulk een natuurlijk heel

anders zijn dan van een prins eere bezoekt.

Maar

uit

verren lande die ons vaderland met

ook, stel dat die eerst schuldig

gedoemde van achteren

blijkt een onschuldige, veel meer nog, een heilige te

staat natuurlijk terstond verkeeren, en wie eerst

zijn,

dan

zal

zijn

gesmaad wierd, nu eere

ontvangen.

Toen derhalve Immanuel op aarde verscheen, was de vraag: In welken komt Hij ? Komt Hij als God, of in den staat van mensch ? Natuurlijk het laatste. Maar nu verder. Hij, die in den staat van mensch komt, hoe komt Hij, als mensch van prinselijke eere of in den staat van een vertredene en eerlooze? En hierop nu antwoordt de Heilige Schrift, dat Hij staat

„gevonden in gedaante als een mensch, zich zelven vernederd heeft, de van een dienstknecht (slaaf) aangenomen hebbende". Slaven nu waren in een staat van onvrijheid. Ze bezaten geen eer. Ze rekenden met de eerloozen. En het antwoord luidt derhalve, dat de Immanuel niet gekomen is in zijn staat als God, maar in zijn staat als mensch, en als mensch gekomen is niet met prinselijke eere, maar in den staat van een eerlooze en schuldige. „Zie het Lam Gods, dat de zonde der wereld gestalte

wegneemt

!"

Hij is de met schuld overladene en als overstelpte. Geworden uit een vrouw, geworden onder de wet. „Met de moordenaars gerekend."

En

in

geraakte,

Immanuel in, niet omdat Hij omgekeerd was zijn later komen

dien staat ging

maar

juist

in in

dien toestand die

toestanden

een gevolg van zijn geplaatst zijn in diens staat. In dien staat

kwam

Drieëenigen. „Hij heeft

Hij

in

Hem

gevolge de wilsbepaling en het besluit des

krank gemaakt." En dat Hij

bepaalde en mee besloot, en dies vrijwillig liefde, blijft",

Zoo al

uit

zelf hierin

gelijk de

mee

nooit doorgronde

lag alleen daarin, dat Hij zelf „eeuwig en waarachtig

God

Catechismus zegt, en alzoo mee besloot over zich

is

en

zelf.

alles zijn onwrikbaar rustpunt in het Besluit, Weg valt van een Zone Gods, die toch mensch zou zijn geworden, ware er geen zonde geschied. Pantheïstische verzinsels van o,.

krijgt

heel de fabel

ook

kwam

dus

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's

E voto Dordraceno - pagina 379

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's