GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

E voto Dordraceno - pagina 108

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

E voto Dordraceno - pagina 108

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

ZONDAG

96

heerlijkheid van ons geloof, dat xVliddelaar

HOOFDSTUK

V.

we

niet

maar

was God en mensch", maar dat

III.

historisch vernemen:

tot

in

de

diepte

van

„Uw ons

wordt doorgedrongen, om van binnen in ons eigen hart als met weerhaken de heilige waarheid vast te leggen, dat er zonder een „Woord" dat „Vleesch" wordt, geen heil voor een zondaar bestaat. zedelijk leven

Ook Kan

echter

hier

wapene men

zich

tegen misverstand.

een bloot creatuur of schepsel den last des eeuwigen toorns Gods

tegen de zonde niet dragen?

en draagt dien.

En

o, Ja,

want ook Satan

is

een bloot schepsel

dien toorn dragen alle gevallen engelen en alle voor

eeuwig rampzalige menschen. Ten deele dragen wij zelfs op aarde dien toorn. „Door uwen toorn vergaat ons kwijnend leven!"

Meer nog. Niet alleen toch dat een bloot creatuur wel terdege den toorn

Gods

moet dien dragen. Want zoo gloeit er geen vonk, hoe klein ook, van zonde in het schepsel, of die toorn Gods strijkt neer. Men lette er daarom op, dat de Catechismus, wel verre van dit te ontkennen, dan ook iets heel anders zegt, t. w. dat een bloot creatuur den last des toorns Gods tegen de zonde nooit zoo, nooit op zulk een wijs, nooit met die uitwerking kan dragen, dat hij er aan toe kwam, om anderen te kunnen verlossen. Een bloot creatuur kan dus wel den toorn Gods dragen, maar hij komt met dat dragen nooit gereed. Die arbeid kan door een bloot creatuur wel begonnen worden, maar nooit voleind. Het is een uitscheppen van den Oceaan, waaraan niemand de hand slaat, omdat hij weet dat er nooit een einde aan komt. Het is als het willen tellen van de zandkorrelen, waarvan ieder aflaat, omdat menschenmacht er niet toe reikt. De zaak zit dus hierin, dat de toorn Gods tegen de zonde een oneindig karakter draagt. Merk hier wel op. De toorn Gods, en dus ook onze straf, vindt zijn maatstaf niet in het beperkte van onze menschelijke afpaling, maar breidt zich uit naar de mateloosheid en onmeetbaarheid van den maatstaf van het goddelijk leven. De last des toorns Gods tegen de zonde is dus van geen beperkte of afgepaalde natuur, zoodat ze eindelijk, eindelijk toch uitgeput zou zijn en haar grens zou hebben bereikt. dragen kan, maar

o,

Op

In

hij

het allerminste niet.

dien

toorn

staat,

De

omdat

goddelijk stempel, en dies

is

hij

toorn

het

als God gaat. Heeren is, het en oneindig. En zoover

Gods gaat zoover

de toorn des Heeren

eenig, onmetelijk

kan nooit de kracht of het leven of de werking van een creatuur gaan, dat hij ooit of ergens één enkel punt zou kunnen vinden, waarvan hij zeggen kan: Hier dringt de toorn van God niet door. Stel

dus

al

dat het heerlijkste, creatuur

al

zijn

kracht inspande, en met

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's

E voto Dordraceno - pagina 108

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's