E voto Dordraceno : toelichting op den Heidelbergschen Catechismus - pagina 528
Derde deel
530
ZOKD.
XXXIV5. HOOFDSTUK Men
van het Avontuur opgingen. toen
TY.
stelde zich op echt heidensche wijze
spoedig de geheimzinnige macht, die in dat woord school als een
al
vrouwelijke gestalte voor, en naast de vereering van Maria door de kerk
men
kreeg
buiten
kerk
de
deze Vrouwe-Avontuur
men
dacht
dan een geheele avontuurlijke
zich
wereld van feeën en elfen en kaboutermannetjes en wat niet deels uit de aloude
al,
te
huizen in magneetbergen en to overbergen.
Geheel deze voorstelling nu stond aanvankelijk nog niet op
Wel nam men
aan, dat ook in deze avontuurlijke
nische krachten inwerkten,
Avontuur nog zich
,
in,
macht
dat
maar op
men
macht
succes
te
hebben
vinden
in
deze
vaak
zich zelf lag in de vereering
wist niet hoe, buiten
machteloos en
gered
stond
men
God nog een geheimzinnige
;
en
worden,
te
dan
feeënwereld,
van het
God Almachtig tegenover deze geheim-
in het heelal werkte; dat
zinnige
diahoUsch
wereld demo-
van den Duivel. Veeleer beeldde
niet de aanbidding
er,
men
die
Germaansche mythologie overnam, en voorts werd geheel
een heirleger van reuzen geacht
terrein.
Om
vereering van „Vrouwe-Avontuur."
de
deswege,
om
hulpe
kon
doeltreffender
den Heere
bij
men
dat
zijn
God, In den grond
zaak was deze vereering van „Vrouwe-Avontuur" dus feitelijk een met de vereering van het Noodlot en de Fortuin, die uit de klassieke wereld tot ons was overgekomen. In het Nootlot vereerde men een on-
der
J^,
macht,
geziene
waar God
die
zelf zich
aller
dingen
Noodlot. Integendeel de Fortuin
Noodlot de vereering van toch
loop,
buiten
God om, bepaald
had, en
naar moest voegen. En wel was de Fortuin niet het
een
was de vereering van den
gril, gelijk
ook de Fortuin was bedoeld
als een
het
Maar
ijzeren noodzakelijkheid aanduidde.
geheimzinnige macht buiten
God, waar God geen zeggen over had, en waartegen God ons niet kon be-
schermen. <'
Noodlot.
Fortuin en Avontuur waren dus slechts drie vormen
voor één zelfde gedachte, de gedachte namelijk, dat
er
buiten
en
hoven
God een soort geheimzinnige macht in het heelal bestond, waardoor ons leven beheerscht werd, Deze onderstelling nu moest er vanzelf toe leiden,
om
zekerere
prikkelen.
zucht
naar het
zich
op
te
hun
lot
over zich lieten komen, en in nood
hun God wierpen. Maar naast deze
op,
te
Men kreeg tweeërlei soort van menschen. Menschen van gewonen
slag en zonder moed, die lijdelijk
lieden
ongewone, vreemde en onverklaarbare
het
geslacht der
kwam
avonturiers, die den
wagen, met den gewonen gang van het leven
een ander slag van
moed hadden om te
overmoed zich de gunst van „Vrouwe-Avontuur" zochten Deze dienst van „Vrouwe-Avontuur"
nam nu
alles
breken, en door hun te
allengs allerlei
verzekeren.
vormen
aan,
en doorliep daarbij in hoofdzaak drie stadiën. Eerst het tijdperk, waarin de ongebreidelde energie en de overmoedige wil op wild avontuur uitging
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892
Abraham Kuyper Collection | 631 Pagina's
![E voto Dordraceno : toelichting op den Heidelbergschen Catechismus - pagina 528](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/abraham-kuyper-collection/e-voto-dordraceno-toelichting-op-den-heidelbergschen-catechismus/1892/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892
Abraham Kuyper Collection | 631 Pagina's