GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

E voto Dordraceno - pagina 260

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

E voto Dordraceno - pagina 260

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

ZONDAG

248

om

toeleg

VI.

u te helpen. Integendeel, vinnig valt het op u aan, wondt

beschouwt u

Soms

HOOFDSTUK

X.

als vijand, en is

er alleen

op

uit,

om

u,

zichzelf dik te zuigen.

bezigt men, na vergiftige beten, jonge honden

om

die plek uit te

waaraan deze beesten dan sterven. Gij nu bedoelt hiermee uw redding, al gaat het beest daar ook aan dood. Maar intusschen is er bij dit beest geen zweem van toeleg om u te helpen, integendeel, dat dier zuigt alleen voor eigen lust. En deze voorbeelden nu, die men nog met vele vermeerderen kon, toonen immers, dat er reeds tusschen een mensch en een dier zulk een verhouding kan bestaan, dat het de mensch is, die strikt en eigenlijk het dier werken laat en werken doet, en dat toch de mensch daarbij iets heel anders op het oog heeft, dan het dier bedoelt. Dan doet de mensch iets met het dier, en het dier doet iets, zonder aan dien mensch te denken, en bij beiden is een eigen daad. Alleen met dit verschil, dat de mensch zijn wil doorzet, het dier slechts instrument is in zijn hand. Dit nu brengen we over op God en den mensch. God wil iets, God heeft zuigen;

iets,

een bedoeling, een plan, een toeleg, een raad des welbehagens, en plan komt nu ook voor het gebruik van den mensch.

mensch

niet

den mensch,

op zich juist

zelf

werken,

evenzoo, en

in

om nog

iets toe te laten;

God

laat

neen,

God

in

dat

dus dien gebruikt

veel strenger zin, als gij den bloed-

zuiger of dien jongen hond, er expresselijk voor neemt en er voor aanlegt.

Maar

God de Heere nu op

terwijl

en aanwendt, hebt

gij

die wijs u als

mensch

een eigen leven, een eigen

bezigt, gebruikt

bestaan,

en

in

dat

bestaan eigen plannen, eigen overleggingen, eigen bedoelingen. Naar deze iiw plannen en bedoelingen handelt ge;

in

evenmin denkende aan Gods bedoelen,

als

uw

om uw boos

verreweg de meeste gevallen de bloedzuiger vraagt naar

Feitelijk gebeurt er dus dan wat God besloten heeft dat gebeuren zou, en of ge als mensch, nu ook zoo bedoeldet, of het heel anders bedoeldet, doet aan de eind-

toeleg

bloed kwijt

te

raken.

niets dit

uitkomst niets

Stond nu er

af.

dit

eigen leven van den mensch in zijn eigen hand dan zou

dus ook geen zonde

zijn;

want nooit

of

nimmer kan de mensch den

verborgen Raad Gods weerstaan. Die raad, die verborgen wil gaat altoos door. En alle denkbeeld, alsof we ooit uit den weg van Gods verborgen

kunnen loopen, is pure dwaasheid. „Geen ding geschiedt er ooit gewisser dan 't hoog bevel van 's Heeren mond". Gods verborgen wil kan eenvoudig nooit weerstaan of verkozen. Die geschiedt zonder één wil zouden

enkele uitzondering altoos.

Maar wat mensch

is

hebt,

nu het geval? Van dat innerlijk eigen leven, dat gij waarvan God de Heere gebruik maakt, om het

en

als als

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's

E voto Dordraceno - pagina 260

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's