E voto Dordraceno : toelichting op den Heidelbergschen Catechismus - pagina 399
Derde deel
HOOFDSTUK
ZOND. XXXIII.
komen, maar zóó dat het geloof kerk kon werken; iets wat in de zenden op
Eeuwig Wezen
om
ging,
in zijnen Christus alleen in de -^
practijk feitelijk voor duizenden
van
verloochenen
een
God
in
401
I.
bij
dui-
verborgen gemeenschap met het
alle
Hiertegenover nu waagden de Hervormers de po-
uitliep.
met
de owmiddellyke gemeenschap
deze middellijke gemeenschap in de
tusschen God en het hart
Wezen weer voor
plaats te stellen. Niet
maar God de
;
het Eeuwige
meer de
Heilige Geest rechtstreeks,
ook ten deele door het instrument der kerk,
zijn
werk
r
priester
het
zij
in het hart der zijnen
volbrengende.
nu
Dit
had vanzelf tengevolge, dat de aandacht der geloovigen meer
dan vroeger op de Wedergehoorie werd
werk
gericht, als op een
van
niet
de kerk, maar als een iverk Gods. Ze verbraken daarom wel niet eiken
band tusschen den Doop en de Wedergeboorte;
maar den
kwamen
wat ook
iets
mocht
niet
wedergeboorte instrumenteel door y Doop zou tot stand komen. Neen, de wedergeboorte was een rechtze
er tegen op, dat de
streeksche daad van den Heiligen Geest in het hart van den zondaar. rees echter de vraag, wanneer deze wedergeboorte tot stand
ontstond tastbare
zoo
de
behoefte,
aanduiding
kwam men
te
merkte iemand dat hij
beide
begrippen
En
datgene saam hoort.
Rome
in haar
Doop geboden had; en
om nadruk te gaan leggen op de Bekeering. Eerst kwam de wedergeboorte uit; eerst door de Bekeering
hij
wedergeboren was
en ook eerst door de Bekeering
;
'
voor anderen als wedergeboren persoon openbaar. Dit nu deed
werd
uit.
voor het werk der wedergeboorte een andere
vinden dan
er toe,
in de Bekeering toch
sleet
om
Nu
kwam, en zoo
allengs
zoo
ineen
kwam men
te brengen,
vloeien.
er toe,
wat en
bij
om
Het onderscheid tusschen beide onder het stuk der Bekeering
de wedergeboorte én
Aan den ouden leervorm gewoon, deed men
bij
al
de bekeering
dat nu aanvankelijk
door nog altoos van Boete en Geloof te spreken, en alzoo het stuk der bekeering in
twee deelen in
deze indeeUng wel juist was, diep genoeg ging,
geschied,
dat
om
reeds
te deelen.
Al spoedig echter bleek het dat
maar de benaming van
het wezen der zaak
boete
en Geloof niet
drukken; en zoo
is
het
Ursinus en Olevianus, even na het midden der
zes-
uit te
tiende eeuw, deze oude benaming varen lieten en duidelijkheidshalve spre-
ken gingen van de Bekeering stukken bleven indeelen,
;
m.aar
en, ja,
die
nog wel deze Bekeering
beide
in
twee
stukken nu met een anderen
bestempelden, ze noemende: De afsterving van den ouden mensch en opstanding van den nieuwen mensch. Leid hieruit echter niet af, dat hier-
naam
mee de oude leervorm nopsis purioris E VOTO DORDR.
reeds voorgoed week. Zelfs
dodrinae, III.
d.
i.
in het leerstellig
immers nog
in de Sy-
handboek, dat de hoog^6
.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892
Abraham Kuyper Collection | 631 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892
Abraham Kuyper Collection | 631 Pagina's