GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

E voto Dordraceno - pagina 430

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

E voto Dordraceno - pagina 430

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

HOOFDSTUK

418

ZONDAG

kruis den figuurlijken

naam schonk aan

gedragen wordt, rechtvaardigd,

om

dan in

is

dit

XV.

VI.

dat

alle lijden,

in Christus'

naam

zeker alleszins de poging der Opstellers gekruis als zoodanig een bijzonder stuk onzer

zaligheid te zien.

Catechismus zóó verklaard, dat op ons van nature niet slechts de straffe der ellende en des doods, maar ook van den vloek lag, en dat het deze vloek is, dien Jezus, door op het kruis te sterven, van ons op zich geladen heeft; want, zegt hij: de dood des kruises van God vervloekt was. Dit nu wordt door den

hebben we ons eerst af te vragen: „Wat is de vloek?" en het antwoord op die vraag ligt in het bescheid op deze Schrift andere: „Wat is zegen?" Immers vloek en zegen staan heel de

Om

dit

wel

te verstaan,

door tegenover elkander. Zegen nu duidt in de Heilige Schrift aan een uitspraak der lippen. Iemand zegenen is den zegen over hem uitspreken. Als zoodanig komt den zegen het telkens voor. Denk slechts aan Abrahams roeping; aan

Aan Ebal en Gerizim. een mensch zegen spreekt, hangt het

dien Jakob zocht.

dan niet komen van van de vraag dien zegen af, niet van dien mensch, maar van God, d. i. schenken. Op te zegenspreking die van inhoud den of het Gode belieft ontving, om God van macht iemand dat tweeërlei wijze kan dit. Of zoo, zin, dat dien in wel leggen. Of den zegen op een persoon of een volk te

Waar nu

al

den zegen uitspreekt, er geen last toe ontving, maar het waagt op Gods trouwe, en dus den zegen biddende uitspreekt. Een bedienaar des Woords b. v. heeft krachtens zijn ambt last en leggen. volmacht van 's Heeren wege, om den zegen op de gemeente te en de Christus, Heere Jezus onzen Hij spreekt dan: „De genade van allen. met u zij Geestes liefde Gods en de gemeenschap des Heiligen hij,

die

Amen!" Treedt

Niet in den vorm van een bede, maar als verklaring.

daarentegen

iemand

op,

ambt staat, die mist kan daarom den zegen

die niet in het

dien last en die heeft niet zulk een volmacht. Hij niet op de gemeente leggen, maar wel dien van

God voor de gemeente

gemeente spreiden, afbidden. Zulk een zal dus niet de handen over de genade van onzen de „Dat maar ze biddend saamvouwen, en nu bidden: Heiligen Heere Jezus Christus, de liefde Gods en de gemeenschap des !" Er zich zelven bij insluitend. Waarbij tevens Geestes met ons allen zij opgemerkt, dat de inlassching van woorden als: „de liefde Gods Geestes zij [des Vaders] en de [troostvolle] gemeenschap des Heiligen !" volstrekt ongeoorloofd is, gebrek aan theologische [en blijve] met u allen

nog

zij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's

E voto Dordraceno - pagina 430

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's