GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

E voto Dordraceno - pagina 471

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

E voto Dordraceno - pagina 471

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

ZONDAG duidelijk dat

HOOFDSTUK

XVI,

459

VI.

ook hun het Evangeh'e en wel door Christus verkondigd

is.

dus niet plaats onder het Oude Verbond, dan moet het we) tusschen zijn sterven en opstanding geweest zijn. En zoodoende komt

Greep

dit

men dan

tot

Belijdt T

11,

:

zoo geheel verkeerde uitlegging van deze plaatsen.

men

daarentegen met den heiligen apostel Petrus

dat de Geest van Christus reeds vanouds

in

1

Petr.

de profeten sprak, en

in

dat derhalve de vroegere geslachten dezelfde prediking des Evangelies, het ook op andere wijs, ontvangen hebben als wij, dan vervalt deze Petr. III drang geheel. Leest men dan toch in 19, dat Christus aan gevangen zijn het Evangelie gepredikt heeft, dan zegt de geesten die nu men: Nu ja, dit is niets wonders; immers de Geest van Christus heeft zij

1

alle in

1

:

eeuwen door gesproken door den mond der profeten. En hoort men Petr. IV 6 zeggen, dat daartoe ook den dooden het Evangelie :

verkondigd

is,

opdat ze het vleesch kruisigen en Gode leven zouden, nu,

dan heeft ook dit niets vreemds in, noch wat tot een nederdaling ter helle leiden kan. Immers het komt dan niet bij ons op, om te denken, dat dit hun geschied moet zijn, nadat ze gestorven of toen ze reeds dood waren; maar het spreekt vanzelf, dat dit hun geschied is terwijl ze nog leefden en dat ze nu van achteren slechts dooden" en „lieden in de gevangenis" genoemd worden, om aan te duiden den tegenwoordigen staat waarin ze ,,

thans verkeeren. hier nu bij, dat het met name de apostel Petrus is, die nadruk op legt, dat Christus door den Geest reeds van ouds her, door den mond der profeten in alle eeuwen gesproken heeft; en die in zijn tweeden zendbrief zoo nadrukkelijk wijst op Gods oordeel over hen, die destijds omgekomen waren; dan loopt alles zoo natuurlijk en zoo vanzelf,

En voegt men

er

dat zelfs elke aanleiding tot een andere uitlegging dezer plaatsen vervalt.

Het

is

dan volkomen

natuurlijk,

dat er

in

1

Petr.

III

:

19 op

gewezen

den geest de Noachietische geslachten, die thans een prooi des verderfs zijn, ter bekeering heeft opgeroepen, en in 1 Petr. ÏV 6, dat de lieden der wereld van vroeger eeuwen, die stierven in hun onbekeerlijkheid, aanstieten tegen het Evangelie van Christus, dat ook

wordt, hoe Christus

in

:

hen

tot kruisiging

Wat

van het vleesch opriep.

voorts nog uit Matth. XII

:

40 en Hand.

afgeleid, heeft, vergeleken bij de plaatsen uit schijn

van kracht van bewijs. 40 wijst men

In Matth. XII

:

1

II

:

24 en 27 wordt geen

Petri, eigenlijk zelfs

er natuurlijk op,

dat Christus zegt, „in

het hart der aarde te zullen zijn drie dagen en drie nachten". Het „hart

der aarde" nu, zegt men, kan niet anders zijn dan de plaatse des verderfs.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's

E voto Dordraceno - pagina 471

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's