GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De verflauwing der grenzen - pagina 91

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De verflauwing der grenzen - pagina 91

Rede bij de overdracht van het rectoraat aan de Vrije Universiteit op 20 october 1892

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

89 denn

und

Welt vor iins in einem ewigen Verhaltnisz zum Vater Menschheit; hat seine Persönlichkeit nicht blosz geschichtliche,

Erlöser der

der

zu

der

und

nicht blosz religiöse seine

Offenbarung

diese

nicht

denn

er

zu

bestimmt

so

kann

da ja nach einer metaphysischen Nothwendigkeit hineingekomnien ist; kann nur Erlöser werden, weil es sein ewlges Begriff ist, der Mittler wir

Sollen

sein.

Sünde

ethische, sondern metaphysische Bedeutung,

auch nicht durch die Sünde

meinen,

erreicht, so dasz,

allein

das Herrlichste in der Welt

wenn

sein,

nur durch die

sei

Sünde nicht ware, im Menschengeschlechte

die

kein Platz sein würde für die Herrlichkeit des Eingebornen ?"

ii6)

Martensen,

117)

Zie

Blikken

224.

p.

Adams

over

onderstelde

geslachtloosheid Prof.

van den Christus gezegd: jin

hierop

meer dan man.

Ook

118)

1.

J.

H. Gunning,

de Openbaring^ Amst. 186S. III. p. 234; op blz. 273 wordt

in

terugslag

o.

Hem

In

met

wezen, was Hij

het manlijk en vrouvvlijk wezen."

is

Geist-leiblich

dit

zijn eigenlijk

eene metterdaad pantheïstische versmelting

is

van wat wel door Goddelijke unio vereeiiigd wordt, maar daarom nooit mag opgevat Lpz. p.

opgegaan

als

1866.

137

V.

I.

p.

noogere eenheid. Q-ï.\i\x\c\^Gottund der Mensch.

in een

363

en Prever, die Seele der Kinder.

V.

V.

Lpz. 1890.

V.

119) Zie

Martensen,

o.

1.

p.

loi:

s

Als das Ich, das aus seinem ursprünglichen

Naturgrunde sich zur Selbstoffenbarung erschlieszt nnA seine FüUe lichkeit des ausgepragten

Gedankens

hineinführt,

ist

in die

Beschau-

Gott der ewige Vater. Indem

Gott auf das himmhsche Weltbild, das aus seiner Naturtiefe emporsteigt, hinblickt, begegnet

ihm da hindurch

zweiten Subsistenz.

p,

103:

sein eigenes Wesensbild, sein eignes

Vom

vom Sobne

Vater und

Ich in einer

gehet der Geist aus als

die dritte Hypostase, welche den nothwendigen Gedankeninhalt in einen freien

Willensinhalt

fungen,

verklart,

das ewige Ideenreich zu einem Pvciche innerer Schöp-

Conceptionen

freier

ausformt;

en

eine Hypostase

oder

ist

Flammen

in

ist

nur durch die zwei andern.

Die ganze

Zuletzt.

ewige

Trinitat

dem Einen

steht

Licht."

in

De

Es

104:

p.

Bewuszlseinsakte; aber in jedem dieser Akte

sind also drei ewige

das ganze göttliphe Ich.

Hier

einem

afleiding

ist

Die

kein zeitliches Zuerst

gegenwartigen Nun, drei

van de Verzoening

uit

de

verschijning van den Christus in plaats van uit Golgotha, werd hier te lande,

zooveel ik weet, geïntroduceerd door Prof. Valeton in zijn inaugureele oratie.

120)

Hiermee

is

niet ontkend,

dat de Ethischen nog altoos zekere buiten-

gemeene inwerking van den Heiligen Geest gers

aannemen, maar

plaats greep

i".

onderscheiden;

is

in Israëls groote profeten

en zan-

deze inwerking slechts gradueel van wat elders en

2".

geldt

hun deze inwerking wel voor

het-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 104 Pagina's

De verflauwing der grenzen - pagina 91

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 104 Pagina's