E voto Dordraceno : toelichting op den Heidelbergschen Catechismus - pagina 400
Derde deel
ZOND. XXXIII. HOOFDSTUK
402
I.
leeraren Polyander, Walaeus, Kivet en Thysius, kort na de Dordsche Sy-
node uitgaven, ontbreekt nog zoowel een hoofdstuk over de Wedergeboorte als een hoofdstuk over de Bekeering; en vindt ge daarentegen, nog bijna geheel
den
in
ouden vorm, een hoofdstuk 32 over de
Resipiscentie, d. L-
over het Berouw, en een hoofdstuk 31 over het Geloof. Alleen, gelijk ,
men
merkt, in omgekeerde volgorde: eerst het Geloof en daarna de Boete; en ten andere de Boete verdiept in het Berouw. Ongetwijfeld waren onze toenmalige godgeleerden hiermee op den goe-
den weg. Den inhoud van deze geloofstukken gaven ze juist en zuiver; en ook worstelen ze om een nieuwe wijze van voorstelling dier leer te vinden. nieuwe wijze van voorstelling was nog niet
maar, die
Alleen
gekomen. De ééne
heid
drong
nam
tot vast-
het zus, de andere stelde het zoo.
En wel
almeer van de Boete en het Geloof naar de Wedergeboorte en
men
de Bekeering, maar
men was
er
nog
niet in geslaagd,
om beide begrippen
hun onderscheidene beteekenis scherp van
juist af te ronden, en in
elkaij-
der af te zonderen. Dit
merkt men dan het
best, zoo
men
nagaat, op hoe velerlei wijs en in
hoe velerlei zin het woord Wedergeboorte in onze Confessie, in onzen Ca-
techismus en in onze f
Liturgische
geschriften gebezigd wordt.
De ééne
maal wordt er onder verstaan die verborgen daad Gods, die, zonder dat wij het merken en zonder dat wij er iets aan toe of af kunnen doen, in het binnenste onzer ziel plaats grijpt. Een andermaal bedoelen onze vaderen
mede, wat wij de voortgaande heiligmaking noemen. En weer
er
een andermaal als
men
door
is
men
juister
dood der zonde
den
Confessie in Art. 24
eigenlijk eerst
volkomen wedergeboren na is
afgestorven. Ja zelfs
ook datgene wedergeboorte, wat
onderscheiding
de
Bekeering
is.
ven, dat dit waarachtig geloove in den
in
zijn
dood
noemt onze
engeren zin en by
Daar toch lezen we: „Wij geloo-
mensch gewrocht
zijnde door het
•fgeloove des Woords en de werking van den Heiligen Geest, hem wederhaart en maakt tot een nieuwen mensch en doet hem leven in een nieuw
leven." Hier gaat dus de prediking en het gehoor van het
Woord
vooraf;
daarop volgt het geloof, en eerst in dit geloof komt de wedergeboorte tot stand; en uit dit geloof volgt de heiligmaking. Wedergeboorte heet hier dus zeer
stellig
juist
datgene
wat
wij
thans
de
Bekeering
noemen.
Immers kleine kinderen, die jong sterven, en toch verkoren zyn hooren niet het Woord, en kunnen toch zonder wedergeboren te zijn het Koninkryk Gods evenmin zien
En ^
als wij.
dat zwevende
nu wat
eenerzijds
in
het gebruik
met het woord
Wedergeboorte heerschte, heerschte anderzijds evenzoo in het gebruik van
het woord
Bekeering.
Iets
wat nergens
sterker uitkomt dan juist in de
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892
Abraham Kuyper Collection | 631 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892
Abraham Kuyper Collection | 631 Pagina's