GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

In de schaduwe des doods - pagina 18

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

In de schaduwe des doods - pagina 18

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

GODDELIJKE KASTIJDING. tien tegen één, dat die man de vader van dat kind en dan weet ge dit zoo goed als zeker, ook al hadt ge noch dat kind noch dien man ooit gezien ja al waart ge getuige van zulk een tafereel in een gansch ver en

ge is

;

;

vreemd land. Het recht en de plicht van die kastijding ligt in den aard van het vaderschap, in verband met de zondige naEn zoo in deze macht tuur, waarin eik kind opgroeit. van het vaderschap als in deze verhouding tot het zondige kindj is de vader op aarde niets dan een zwak schaduwbeeld van den Vader in de hemelen wiens macht over zijn kind volstrekt is, en tegenover wien het kind in nog veel onheiliger gestalte overstaat. Zoo is het dus geheel natuurlijk dat God de Heere in zijn kerk kastijdt al wat in zijn hemelsch kindschap staat. En indien ge in de kerk personen ziet leven die de Vader in den hemel voorbijgaat, en aan wie Hij nooit een kastijding toedient, dan ligt hierin alle grond om te zeggen Dan zal die man of vrouw geen kind van dien Va,

,

,

:

der

zijn.

En daarom

nu zegt de apostel: //Indien Gods kerk) zonder kastijding zijt, welke allen van God) deelachtig zijn geworden, zoo zijt aarden en niet zo7ien."

in

Hoe

is

dit

gemeend

gij

(namelijk kinderen

(alle gij

dan bast-

?

Heeft de apostel met te spreken van lieden, die zonder kastijding zijn, het oog op die enkele wereldlingen, waarvan Asaf zong: //Daar zijn geen banden tot hun dood toe, en zij zijn niet in moeite als andere mensehenkinderen?" Stellig niet.

Dan immers zou de ervaring moeten leeren dat alleen Gods kinderen uit den beker des lijdens dronken, en dat alle lieden der wereld, vau de wieg naar het graf, over een pad met rozen wandelden. Wat niel zoo is. Want ook onder de lieden der wereld is veel bitter geklag en somber lijden. Ook van hen geldt het: //Door uwen toorn

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1893

Abraham Kuyper Collection | 316 Pagina's

In de schaduwe des doods - pagina 18

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1893

Abraham Kuyper Collection | 316 Pagina's