GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

In de schaduwe des doods - pagina 186

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

In de schaduwe des doods - pagina 186

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

166

EEN LAATSTE HELDER OOGENBLIK.

leden

zoo overweldigend machtig bij ons op; en wee hem, die dan geen onwrikbaar en muurvast geloof in de verzoenende kracht van het bloed zijns Heilands heeft. Wie dan niet stellig vAcet en ziet, dat Grod al zijn zonde in de diepte der zee heeft geworpen, maar er zelf mee zitten blijft, lijdt dan zulk een onuitstaanbare wroe-

ging en zulk een doodelijken angst. Want gewisselijk het oordeel komt, en voor wie sterven gaat, staat het. zoo vlak voor de deur. Dan buigt de ziel zich neder, en het is alleen goddelijke ontferming, die in zulke bange oogenblikken de ziel uit deze banden des doods en der helle kan losmaken.

Maar hoe

ook persoonlijk met zijn het verkeerd, als op ons ons sterfbed dreigt te worden, de behoefte om nog vóór ons sterven onzen God te verheerlijken, niet tot een begeerte des gebeds wordt. Zie het maar aan David. Doodelijk krank lag hij terneder de plage eener bange, aangrijpende ziekte was over hem gekomen; en geestelijk schuld voor ziekbed, dat

hierin

God

een

sta,

iegelijk

stellig is

;

hij zich mat en dor. kon er niet tegen op. De macht der ziekte was hem

gevoelde Hij

te overweldigend, en een machtelooze klomp lag hij op zijn ziekbed neer. Maar hoe verdoofd en beneveld hij zich ook gevoelde, toch had hij dit ééne nog, dat die ellendige, geestelijke dorheid hem hinderde, en dat hij er naar smachten bleef, om vóór zijn sterven althans nog eenige korte oogenblikken te hebben, waarin de macht van de plage hem losliet, het geestelijk zelfbesef terugkeerde, en hij zich verkwikken kon, om alzoo zijn ziele in Gods hand te beals

velen.

Zoo kwam hij in het gebed; en onder het bidden liepen de tranen hem langs het aangezicht, en toen riep hij uit: //Hoor, Heere, mijn gebed, en neem mijn geroep ter ooren, en zwijg niet tot mijne tranen, o, Mijn God, wend

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1893

Abraham Kuyper Collection | 316 Pagina's

In de schaduwe des doods - pagina 186

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1893

Abraham Kuyper Collection | 316 Pagina's