GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Encyclopedie der Heilige Godgeleerdheid - pagina 201

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Encyclopedie der Heilige Godgeleerdheid - pagina 201

Deel een. Inleidend deel

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

; ,

Afd.

2.

Hfst.

hoofdzakelijk

Ursinus

III.

in

ZACHARIAS URSINUS.

§ 75.

deze drie punten

Philosophie uitsluitend argumenteert leven

lijk

2.

het

terwijl

,

is

gelegen:

i.

dat de

de gegevens van het natuur-

uit

Evangelie praeter

de doctrina Christiana

is

193

et

supra naturam

volkomen

zuiver en

terwijl

,

est

de Philo-

sophie Euangelium prorsus ignorat, legis praecipuas partes ignorat

quas retinet.... imperfecte

et eas

et

obscure proponit

;

en

30. alleen

het Evangelie ontdekt ons het wezen der zonde en den troost des

eeuwigen levens, terwijl de Philosophie „causam nostrorum malorum consolationem

ignorat et

Omgekeerd

daarentegen

leert

atque scientias, quae in ea

veram neque

neque praestat".

intelligit,

de Philosophie eenige „utiles artes

in doctrina ecclesiae

non docentur, sed tarnen

tradenda atque discenda aliquem usum habent."

Toch

de ware Philosophie,

strijdt

Christiana

nooit

als in strijd

want hetgeen

;

als

zoodanig, met de doctrina

de schriften der philosophen

uit

met de waarheid door de

ketters

is

aangehaald behoort ,

niet tot de Philosophie. „Philosophica non sunt, sed inanes argutiae

humani

accomodata

uit

zichzelve

zou kunnen brengen.

Zij

als

is

sit

God

i.

Deo quae

maar

laat

Want

ons omtrent wel zijn er

restant in natura et in mentibus",

de philosophen „ex his quoque quae natura duce poterant

multa non agnoscunt";

intelligi,

,

verus Deus? in het onzekere.

zekere „testimonia de

God

theologia naturalis ons wel het

besef geven van het bestaan van een

de vraag: quis

dan ook beweerd, dat de

de kennis van den waren

tot

kan

wel

zijn

sed perperam ad Theologiam

,

Ten onrechte

48).

(p.

Philosophie ons

maar

ook het

ingenii et ulcera verae philosophiae"; of

deugdelijke philosophische stellingen

vermengen ze

velerlei

met deze ware bestanddeelen

2.

quae de suo fingunt; en

de woorden vaak een

30.

schuiven ze aan

andere beteekenis onder dan

geheel

God

gewild heeft. Dat desniettemin deze Theologia naturalis hare waarde

behoudt,

sophen,

voor

is

te

al leiden

dit leven

consciéntie,

;

verklaren: ze

en

i.

daaruit dat de vondsten der philo-

niemand ten eeuwigen leven, toch hun nut hebben 20. blijven

hun uitspraken een

mate van een eerzaam leven onder Ursinus denkt er dan ook niet aan, der H.

getuigenis aan de

waardoor God de wereld veroordeelt en

Schrift

eenig steunpunt

in

menschen

om

in

tegelijk zekere

stand houdt.

ten bate van het gezag

de Philosophie

te zoeken.

13

De

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1894

Abraham Kuyper Collection | 502 Pagina's

Encyclopedie der Heilige Godgeleerdheid - pagina 201

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1894

Abraham Kuyper Collection | 502 Pagina's