Encyclopedie der Heilige Godgeleerdheid - pagina 469

,,

Afd.

met

Hfst.

2.

III.

ERNEST MARTIN, LICHTENBERGER ENZ. 461

§ 139.

ambtsdragers en evenzeer met het

alle

element laique" wor-

,,

den gerekend. Dit goede verspeelt Vaucher echter doordien ,

aan

Koning der Kerk vraagt, welke haar

den

organen en de functiën van haar organen het antwoord aan het actueele leven der

zijn,

Kerk

constitutie, haar

maar op

dit alles

ontleent.

Deze methode ware nu nog denkbaar, zoo de Kerk constant was, en geen gevaar

verschijning

in

Nu

van deformatie.

liep

hij niet

haar

echter

dit

gevaar van deformatie niet slechts denkbaar, maar zeer reëel

is,

kan

men uiteraard met deze bloot De vraag is niet hoe de Kerk

volstaan.

Anders toch gaat dit

gevoeld

zelf

temps" zijn

alle critische

door van

,

spreken, maar

te

gestreken.

stelsel

Wat

doen, toch van een

ze

evolutionistischen zin

in

wezen,

dat zich

voor de derde fout

,

zelf

de notre

vonnis over

meenende zulks

idee préconcue de 1'Eglise " uitgaat, en

opvat,

als

dat

hij,

een zich zelf ontwikkelend

is.

Vandaar dat

ze alleen zichzelve

alle

ambten

zich

om

,

hooger

bepaalt.

En

de functiën der Kerk nasporende,

maar de

van de door Christus ingestelde ambten uitgaat,

niet

heeft

een wetenschap, die meèkruit

is

Selbstzweck "

ligt hierin

ze zijn moet.

Vaucher

pratique

fout is, dat hij,

Kerk wegvalt, en

doel zijn

toe

zelf „

„ Théologie

toch

,,

te loor.

hierdoor dan ook

met het oeverzand? Zijn tweede niet te

maar hoe

beschouwing

een

juist

empirische opvatting niet is,

hem

schikken laat naar de functiën. Dit nu leidde er

het zoo gewichtige diaconaat als bijzaak te behandelen

het innerlijk verband tusschen de predicatie, missie en catechese, als

onderdeden van den Dienst des Woords, voorbij vaneen

regeering

en

discipline

polemiek

als

practische

Waarbij ten

slotte

steek houdt.

Hoe

nog

te

functiën zij

en

scheiden, isoleeren

te

opgemerkt, dat ook

te zien,

Kerk-

apologetiek

en

van de Theologie.

zijn indeeling kwalijk

toch de catechese te beschouwen als een „fonc-

tion travaillant a conquérir ce qui est étranger", indien

men,

uit-

gaande van de empirische verschijning, de „kinderen der geloovigen

"

reeds in de

Iets

langer

Kerk vindt en met haar

hebben we

Ernest Martin, Genève

1883,

maar ons

te

die laat

stil

te staan bij

ziet

meeleven.

de dissertatie van Dr.

Introduction a F 'etude de la Théologie Protestante reeds in

vóór

handen

Grétillat's

kwam

,

om

studie bij

§

het

licht

131

besproken

zag,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen