GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Encyclopedie der Heilige Godgeleerdheid - pagina 191

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Encyclopedie der Heilige Godgeleerdheid - pagina 191

Deel een. Inleidend deel

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

;,

Afd.

noch een

scientia

Ook Calov

de

porro

,,Quod moralis

thuisbehoort

is

,

de habitus mentis , en

prout

non

komt dus

,

Gods,

gelijk die in ons bewustzijn

echter kan zulk een

et in

op den mensch

En

als obiect,

aeternum salvandus est"

beschouwd dan

als zulk

d.

zijn,

de kennisse

i.

ontkiemd en opgenomen.

Nu

den mensch of theoretisch

practisch, zoo een werking

bestaand obiect wordt beoogd. richt

voegt

gewoon

theoretisch, zoo slechts speculativa

;

maar

wordt,

bedoeld

noemen,

te is

habitus intellectualis in

of practisch van aard zijn stratie

hij

sed prout est in animo subiective"

bijna neder op wat wij thans

Godsbesef of Godsbewustzijn

ons

Doch

:

non

,

observetur, quod Theologia consideranda est, non

in libro est significative

199). Dit

deze woorden

dit in

corporis sed animi habitus

sit

sed intellectualis, per se manifestum est".

,

hieruit afge-

is

met de Religie werd verward.

Theologie

Theologia

„Modo

bij:

83

maar moet beschouwd

,

de habitus voluntatis of cordis. Hij zegt

niet

(p.

is

Ten onrechte

202).

1

uitdrukkelijk toe, dat het genus remotius,

toch geeft

waaronder de Theologie

er

ABRAHAM CALOV.

§ 73.

noch een sapientia

hierdoor

dat

leid,

III.

habitus practicus (p.

een

als

Hfst.

2.

demon-

op een

overmits nu de Theologie zich

en wel

in

zooverre

mag de Theologie

(p. 203),

een habitus van onzen geest

„beandus

hij

,

niet anders

die

onder de

habitus practici dient gerekend. Hij trekt dit zoover, dat hij het denkbeeld van een habitus mixtus niet toelaat,

zelfs

maar het absoluut

practisch karakter van dezen habitus ook tegenover de voorstanders ,

van den habitus

affectivus

,

handhaaft.

Maar nog scherper

staat hij

gekant tegen de voorstelling van Alsted en Voetius die de theologie ,

als sapientia opvatten.

Theologiam

simpliciter definiunt per sapienliam

en dat wel, omdat

om

„Speciatim reprobamus eorum setentiam, qui

hij in

,

ceu genus"

(p.

226)

de sapientia slechts een vermomden vorm

ziet,

toch weer het speculatieve karakter der Theologie op den voor-

grond

te

doen treden. Hij verwerpt dan ook evenzeer het gevoelen

van Junius scientia

Paraeus

,

nemen

significatione"

,

Polyander

e.

(p. 238). Niet alsof

niet

zoo

noemen

a.

,

die de Theologie als een

men de Theologie

„laxiore vocis

kan. „ld facile admittimus,

Sancto vocetur scientica laxa significatione

et a Spiritu 8, et recte a

Thoma

ut et ab

I

cum

Cor. XIII

:

Augustino passim docetur, eam non

solum opinionem sed scientiam esse". Doch hieruit volgt nog geens-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1894

Abraham Kuyper Collection | 502 Pagina's

Encyclopedie der Heilige Godgeleerdheid - pagina 191

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1894

Abraham Kuyper Collection | 502 Pagina's