Encyclopedie der Heilige Godgeleerdheid - pagina 152
Deel een. Inleidend deel
,:
Afd.
144
mag
uitgeoefend, toch
te
in
uitwerking van detail verre
gaat. Heinrich Bullinger schreef zijn
als
jongman van 23
Studiorum Ratio
Wemerum Stemerum, boekske geeft
jaren. In dit
eenige regelen over levenswijs en tijd verdeeling, en
stonds op de humanistische studiën, waarvan
hoe vele geestelijk-gezinde
zag,
condemnant,
proscindunt,
,,
prophanas
diligentius
wat ,,
vetustas"
(p.
Quid quod maxima Scripturae pars litteris
studendae sacris et
et
doctus non est
.
.
7).
imo tota
,
philosophisch
op
op
"
velit
cum ego viderem, ,
(p. 9).
De
dan
de H.
uit
eum
,
fugit
,
qui in
litterae inprimis
aliquid praestare in
sacris hic
scripta, sed
praeposui
quod sacras
humanistische studiën vat Bullinger
hebben
de philosophia sermocinalis (grammatica, rhetorica et dialectica),
de philosophia moralis
geput wil hebben
,
en op de phil. naturalis die ,
uit de litteratuur der
gewone
systematische uiteenzettingen der philosofen
(p.
hij
echter
mathematici, jurisconsulti en medici.
boven Aristoteles voorkeur
(p. 20)^ al zegt hij
dan
schrijvers,
9
v.).
Aan
van den
op
meer uit
de
Uit dien hoofde
beveelt hij voor deze studiën achtereenvolgens de poetae historici,
in
besluit hij aldus:
ze indeelende in studiën die betrekking
,
et
6); nos e diverso
sacra aegre posse sine
prophanas
non quod sanctiora putarem gentilium praecedere putem
contemnunt,
quod post sacras
na
Sunt vero bonae
.
liberalibus scientiis exacte intelligi
ista
aan-
hebben aangetoond,
te
amplexandae ab eo qui
humanis. Certe
En
humaniora was,
eere oudtijds de studie der
bonis
eerst
komt dan
litteras
nihil esse,
litteris
oudere Kerkvaders
de
uit
reeds in hij
impiorum hominum inventa,
ceu
humanis
inquisiverit
en
Schrift
et
sive
met leede oogen
hij
Christianis hominibus indignas (Ed. Tiguri 1594, p.
ostendemus, bonis
methodo-
niet voorbijgezien, dat Bullinger's
hominis addicti studiis institatio ad 1537,
bullinger.
§ 66.
III.
rijkdom van stof en
logie de zijne in
boven
Hfst.
2.
,
oratores
Plato geeft laatste
hij
quam,,
quam ego in huius quoque libris delectum haberi velim " (p. 20). Aan het slot van welk overzicht hij nogmaals op de uitnemendheid dezer humanistische studiën terugkomt, die de H. Schrift leeren
verstaan,
„sed
beleid
mores
et
amorem
in
instituunt,
plantant,
lepidos et
zaken geven, ons met wijze kennis verrijken;
honestatem inferunt, bonarum rerum
malarum vero odium gignunt
humanos
efficiunt " (p.
22).
Ja,
hij
,
familiares
quoque
gaat zoover van
uit
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1894
Abraham Kuyper Collection | 502 Pagina's
![Encyclopedie der Heilige Godgeleerdheid - pagina 152](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/abraham-kuyper-collection/encyclopedie-der-heilige-godgeleerdheid/1894/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1894
Abraham Kuyper Collection | 502 Pagina's