Dictaten dogmatiek. Locus de Providentia, Peccato, Foedere, Christo - pagina 41
college-dictaat van een der studenten
§ van de min
begrijpen
tegenwoordig
We
bestaan.
kunnen ons
hand schreven,
met een andere
jaar
identiekheid in de hand gebleven
andere zou
zijn.
assimileert
en
Dat komt,
Immers
enz.
we
zoodat
is,
identiteit
loften
wordt dan
alles
;
die
dat
dan
heel
kan
ik
als losse zandkorrels.
Beloof
na dat jaar zeggen
het
ook
en
beloofde
Zoo gaat
dan
is
personen gedaan
verdwijnt het
plichtsbesef
en
Aldus lijke
Zie
het
kwaad,
v/at
er
of
geloof,
tusschen
nu een
hetgeen de stof
echter die voorstelling
ons geestelijk leven.
is
geen recht, trouw,
er
is
wilskracht
wat men
te
maken,
:
ik
weg.
beloofde,
immers, dat werd door
;
mee
niets
te
maken.
Evenzeer
heb met een kind, dat
bij
de
een opeenvolging van andere
er is
der personen, alle ernst van het zede-
de leering der Pantheïsten
maar
bij
vroeger deed en
het
er
:
gevolg van vroeger gebrek
is
pu
ttx-jtx
is
er
geen samenhang
Zoo
tegenwoordigen toestand.
zijn
geen
is
goed, want kan niet anders
is
is,
dat ik zoo slap ben ;
over
iets
opeenvolging van andere „ikken".
maar aan
enz.
wien
weg
ik
:
toch iemand
ik
een heel andere persoon,
is
aan
er
op het oogenblik
Wij kunnen zeggen
zijn.
heb
ik
identiteit
alle
leven weg.
goed aan
mij een
bij
derhalve
gaat
man,
de
de opvoeding
bij
geboorte mijn kind heette, niets kinderen gekomen,
:
bedreven kwaad
het gevoel voor alle
andere
voor zeven
verantwoordelijkheid meer, evenmin besef van plichten en be-
en
jaar,
van onze persoon weg, dan
ma.a.T
is
ons
in
het begrip, dat de
blijft
de stof de hand
wijl niet
even-
is
hier,
niet gelooven, dat het
Wat voor ons menschen
beheerscht.
zedelijkheid
een
Deze
we
niet voorstellen, dat
van de altijd-doorgaande schepping onmogelijk maakt,
Geven we de
is.
de gedurige stofwisseling van ons lichaam
als
41
intercedit.
de identiekheid van het Hchaam zoo onbegrijpelijk
stof
te
cum Creatione
Relatio quae Providentia
2.
zijn
Nero en Jezus, volkomen verschillende personen, op hun oogenblik goed. Ethisch valt alle critiek weg. Hieruit blijkt, dat de gansche bestaande wereld-
we
orde hiervan afhangt, of reeks scheppingsdaden. atio
de
Providentia
aliquid existat
dus hebben
in
is
te
begrip.
De
Providentia
nemen
:
niet
oplossen
dat de Creatio causat ut
stellen,
de Providentia causat ne aliquid pereat.
mag
niets
de sustentatio
te
Metterdaad
doen met twee pr/Vz-
nuanceering van één zelfde
in
nieuws doen ontstaan. Niet dus maar, dat
mag
niets
is,
blijft
staan (üip), neen het
te
maken,
Providentia echter zijn
objecties
te
dat is,
te
maken
de
dingen
er
komen,
de
maken, dat het bestaande ;
is
con-
toevoegen aan het bestaande,
met geen nieuwe scheppingsdaad komen. De Creatio naar haar aard sluitend
een
in
onderscheiding van de Cre-
de Schepping en de Voorzienigheid
de Prov. moet zorgen, dat wat geschapen te
dan
al
in
onderscheiden werkingen, die niet bestaan
cipiëel
trair
we
het, dat
hebben vast
aldus
echter
;
we
de Sustentatio rerum
Daarom
men zou kunnen zeggen
nota
necessaria
niet teloor gaat. :
indien het zoo
mag
heeft uit-
van
de
Hiertegen is,
dat er
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 1028 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 1028 Pagina's