GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Dictaten dogmatiek. Locus de Providentia, Peccato, Foedere, Christo - pagina 167

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Dictaten dogmatiek. Locus de Providentia, Peccato, Foedere, Christo - pagina 167

college-dictaat van een der studenten

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

§

De

5.

Providentia in relatione ad peccatum.

op de verdorvenheid onzer

dan

natuur,

167

dat het buitensluiten van de

blijkt,

zonde neerkomt op een loochenen der Providentia. nog,

men

dat

zonden

die

alleen

de

kan

andere

mensch

den

houding van

den

van

verhouding

de

banger zonde

Eenige uitvlucht is dan noemt de zonde in den ergsten vorm, dat men mensch tot den strafrechter overbrengt op de ver-

zonde

alleen

tot

God.

die

gestraft,

strafrechter

Aan

die luculent uitkomen.

zijn,

het

aankomen, hoewel daar misschien nog veel

niet

Dat wil men nu toepassen op God

schuilt.

Men

tracht

zijn,

dan

grove zonden.

zijn eigenlijk alleen

de menschelijke maatschappij kunnen

In

patent

zonden voor God

:

Gods voorzienigheid

te

redden

ten koste van Zijn heiligheid.

van Voorzienigheid

Zal

sprake

breede vertakking, hare ontzettende

hare

is

het onmogelijk de zonde met

verschijning buiten het bestel

Gods

te sluiten.

Men van

gezegd

heeft

monotheïsme

Het

op

uit het

Muller

een

God

plaats

of

dien

heeft,

strenge monotheïsme

maar

slechts

tisch

geweest

of Juppiter of

dan zou

in

met

Men

monotheïsme,

het

in

Ware

ééne

b.v.

in

Efeze de Godsvereering henotheïs-

dat

erkende tevens andere goden één

slechts

een Polytheïsme, dat zich met één

is

een volk

dat, als

Moloch, dat dan

God wordt aangebeden.

(niet monotheïstisch).

zijn

tegenstelling

Henotheïsme beteekent,

die ééne

Diana vereerd,

Efeze

Het laatste treedt ook

naam Kathenotheïsme door

evenals de

die

noemt Bel

het

stad of dorp

Henotheïsme

naam,

een

gebruik gebracht.

in

is

tegenover het polytheïsme.

staat

Henotheïsme,

als

Max

in

maar daarin spreekt zich

Ja,

:

Israël.

God

God

erkent.

Het

contenteert.

Met kathenotheïsme wordt bedoeld, dat men in volgorde eerst den eenen, Zoo aanbad men in sommige Grieksche steden als de handel achterop raakte en men aan wetenschap ging eerst Mercurius dan den anderen God aanbidt. ;

doen Minerva enz.

Met deze beide

heeft

het

Monotheïsme

der heidenvolken. Als Rabsake zegt:

en

de

andere goden

de Joden één

opnoemt, die

God aanbaden, maar

„Wat hij

stelt

niets te zal

maken

uw God

:

wèl

in

de oogen

u kunnen verlossen?"

overwonnen had, dan erkent

Hem

gelijk

hij,

dat

met de goden der andere

oog zijn dus de Joden Henotheïsten. Het absolute monotheïsme van Israël, God erkennend als Schepper van hemel en aarde en als den éénigen waren God, is de religieuse uiting van de

steden.

In zijn

monistische het zijn,

Nu

opvatting

zichtbare

dan zegt

en

eerst

van

den

onzichtbare,

kan

men. dat

kosmos.

Komt men

men monotheïst wezen

juist het

tot

de overtuiging, dat

de dingen hier en hierboven, dat die

streven

om

in

den waren

zin

de monistische eenheid

alle

één

des woords.

te

handhaven

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910

Abraham Kuyper Collection | 1028 Pagina's

Dictaten dogmatiek. Locus de Providentia, Peccato, Foedere, Christo - pagina 167

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910

Abraham Kuyper Collection | 1028 Pagina's