Dictaten dogmatiek. Locus de Providentia, Peccato, Foedere, Christo - pagina 190

LOCUS DE Providentia.

190

heel goed in staat was om te komen tot het eeuwige leven. Formeel, uitwendig voldoet hij aan de conditie, en wil dan van God een eeuwige zaligheid

eischen, die door

God

alleen bedoeld

is

te

geven, niet formeel door het recht,

maar inwendig door het diepe mysterie der genade. Het van

brevet

Ook

voldoening

Jesaia

in

heid, en een

een met uitwendig

is

om

het

eeuwige leven.

sprake van een formeel voldoen aan de conditie ter zalig-

op grond daarvan eischen van genezing en eeuwig

de uitwendige vormen zoo na

eeuwige

zaligheid

wanneer

Om Hij

en vragen

leven.

beide plaatsen gaat het dus over de ontzettende macht van den zondaar,

In

om

is

God toegaan

naar

recht

God

ook dien

weg

schijn

het Paradijs den

Cherub

nemen en

te

voorkomen

in

God zou den

Jesaia.

Daarom wordt

doen.

ook

op de is,

zich ervan te zuiveren, plaatst

den boom des levens,

bij

om

te

voorkomen,

dat de mensch een formeel recht zou kunnen laten gelden. Dat wil

te

hij

onrechtvaardig

Hij het niet geeft.

nu

in

bootsen, dat het schijnt, alsof

te

dat het schijnt, alsof

heeft,

schijn krijgen, Zijn

Jesaia uitgezonden,

om

te

verbond

God ook

niet

gestand

maken, dat het volk zich

niet schijnbaar bekeere.

Laatste quaestie.

Voor het generaal verhouding van

God

de

heel tot

paragraaf

de zonde

uit te

Geeft die uitdrukking wat ze geven

Slaan

we

men gewoon, de

is

moet?

31 7. Daar is sprake van niet toelaten. wordt pi^n gebruikt, het eigenlijke Hebr. woord voor gemeene gratie.

Eerst

allereerst

Dezelfde stam is

op Gen. 20

samenvattend,

drukken door het woord „toelaten".

positief.

zit

dus

in secare,

6,

:

:

de zonde afsnijden.

:

Daar wordt dus mee afgesneden, dat

element zou zitten van Gods zijde

;

en dat wil

er in

Dan

volgt ^nn:

iib.

Dat

de zonde geen positief

men gewoonlijk onder

toelaten

verstaan.

Ook

in

Hst. 31

Deze plaatsen

:

7 vinden

zijn

we

|n: gebruikt,

sterk genoeg,

niet

ook weer negatief

omdat

:

niet-toelaten.

telkens, sprake is

van

|n^ i6.

slaan we op Ps. 81 13, dan lezen we daar voor watde Statenvertalers met „overgeven" vertalen in 't Hebr. gebezigd een woord, dat veel sterker nog is dan |nj n.1. n^ir. Hoewel dit eigenlijk de locus classicus is voor de

Maar

:

toelating, voelen we, dat dit heel

stuurt

ze

voort,

zooals

een

pijl

wat anders

drukt bovendien nog een intensief begrip In

Acta 14

:

16

uit

is

dan toelaten

:

God

van den boog wordt gezonden.

stuurt ze,

En de

Piel

uit.

dezen Psalm overgenomen

ligt

in

•«!/

hetzelfde begrip.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen