Dictaten dogmatiek. Locus de Providentia, Peccato, Foedere, Christo - pagina 52
college-dictaat van een der studenten
LOCUS DE Providentia.
52
Wel daarentegen slaat ook op de onbewuste schepping de tegenstelling van wat men oudtijds noemde de transcendente suslen-
subject dan God.
tatio
en de immanente Injluxus.
Eeuwige Wezen dan gedacht
Bij
de transcend. sustentatio wordt het
als buiten
en tegenover de wereld staande,
haar houdende door Zijn wil en haar dragende door het woord Zijner
immanenten influxus daarentegen
kracht. Bij den
kracht en de van
vloeiende
schepping èn
öcic
ï'J
is
het de van
uitgaande Geest, die èn
(ó
God
uit-
heel de
in
alomtegenwoordig
elk schepsel afzonderlijk
van Gods wil en woord waarborgt,
realiseering 5
in
Hem
is
en de
Qilc cVï ^avrwi/ en
7ra.(T'.y).
Toelichting.
daarin
we
behandelen
Eerst
oude dogmatieken sproken
naar
altoos
niet
over
hetzelfde
Locus de
den
beginnen
na
terstond
schema maar toch
Providentia,
in
als
we
genade nog
Locus de Homine, de staat der
eerst de
niet afweet,
den
de Prov.
L.
dat
over
men
men
bespreekt in
toch de feiten van de zonde en genade
tot verwarring,
die niet
omdat
het oorzaak
het
opkomen van de zonde en de genade. gehad,
inzicht
juiste
de genadeleidingen Christus. zijn die
Men
Gods
dat
we
geworden,
Veel sterker nog
:
men af
de Providentia niet mogen afzonderen van
ons eigen leven en onze leiding
in
is
gleed dan ineens
den Catech.) van meet
heeft van Geref. zijde (zie in de eerste paragr. over
het
Onder de problemen met de zonde en genade
het principieele vraagstuk vluchtig besprak.
tot
der Genade.
de oude dogmatieken.
maar zeer enkele,
zijn er
verband staan. Dat leidde
in
dogma
Creatio en de Provid. toekomend dus van den val en de
als hoofdzaak en niet terloops bij
Locus de
de Creatio, dogmatisch nog niets van de zonde en de
Immers na de Creatio komt
men aan de
Er wordt
aan den Locus de Provid.
rechtheid en de val, daarna kan pas sprake zijn van het Terwijl
is.
denzelfden gang ge-
die onmiddellijk na den
Maar we weten,
Creatione wordt behandeld.
genade.
kwestie. In de behandeling der
methodologische
de
werkelijk een verwarring, die schadelijk
ligt
tot het heil in
De Voorzienigheid immers wordt in den Catech. aangegeven als te van God onzen Vader in Jezus Christus, dus wordt onmiddellijk met
de verschijning van Christus, de Verkiezing enz.
in
verband gezet. Dit
is
een
Maar dat is de subjectidogma toch hebben we te be-
der schoonste karaktertrekken der Geref. dogmatiek. veering
van het
schouwen
dogma
der Providentia. Elk
:
opus Dei, objectief
God,
10.
als
2P.
zooals het subjectief voor ons bewustzijn komt
van
God
niet
kan scheiden
in
zijn
te
slaan,
omdat een kind
overige levensomstandigheden en het andere
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 1028 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 1028 Pagina's