Antirevolutionaire Staatkunde - pagina 416
met nadere toelichting op Ons program. Eerste deel. De beginselen.
DE ZUID-AFRIKAANSCHE REPUBLIEK EN DE ORANJE-VRIJSTAAT.
408
§
Vredesconferentie.
6.
Wel
Men kan
dedigen kan. is
men deze handeling formeel
versta ik uitnemend goed, hoe
ver-
zeggen, de deelneming aan zulk een Conferentie
een acte van buitenlandsche politiek. Transvaals buitenlandsche poli-
was door artikel IV van het Convent van 27 Februari 1889 onder Engelands handen gesteld. Onze Regeering kon dus wel de beide Staten hebben uitgenoodigd, maar deze zouden aan deze uitnoodiging nimmer tiek
hebben kunnen voldoen, zonder de correspondentie hierover ter kennisse van de Engelsche Regeering te hebben gebracht en natuurlijk zou
op dat oogenblik,
Groot-Brittanje,
vooral
zonder
weigering
besliste
zich
dan van
niet
beter
te
stellen.
de
Regeering,
onze
vooruitziende,
laat zich dit
houding toch
moeilijkheid,
te
geraken
ze
te
Reeds aanstonds komt
toch niet voor de Oranje-Vrijstaat. Vrijstaat
verdedigen schijnt mij deze
dit uit,
zoo men
let
op het be-
dan ook
vrijelijk
zijn
in
den Haag, den heer Mulder,
Had derhalve onze Regeering
met ons handelde.
nog
althans
Repu-
gelaten, zoo ware er voor haar houding, althans formeel,
thuis iets
te
zeggen geweest, maar zoo
Oranje-Vrijstaat
wat
is
koesterde.
beide
booze
te
1884
Maar ook worden, het
men
plannen
Republieken
sproken
is
het niet geschied.
thuis gelaten en verzaakt, en wel verzaakt
hachelijk oogenblik, toen zien,
gold
Reeds sinds jaren had de Oranje-
Consul generaal
Oranje-Vrijstaat opgeroepen en alleen de Zuid-Afrikaansche
bliek
kon,
verstaan had gegeven,
De beperkende bepaling van de Conventie van 1887
gelijk.
van
waarin
nimmer zou kunnen verleenen. Maar
formeel zeer wel hooren,
niet.
het niet onmogelijk, dat
Van deze twee immers stonden de gevallen geenszins
Republiek.
de
is
onderscheid tusschen de Oranje-Vrijstaat en de Zuid-Afrikaansche
sliste
die
Zelfs
Regeering vooraf reeds
dat ze ten deze haar toestemming al
waaraan
Iets,
deed, met de Zuid-Afrikaansche Republieken, niet aan zoo
Engelsche
de
nimmer
mededeeling
die
voorbijgaan.
laten
de vraag vastknoopt, of onze Regeering dan toch
zelf
bejegening bloot
pijnlijke
hebben
onze
al
zeker
zoo
heel
van
Europa door reeds begon toe, dat er
onderscheid
men
op een voor-
te
geweld Engeland tegen de Republiek
geven we
Regeering
Ook de
formeel tusschen deze
bestond,
toch
dient
't
weer-
beweert, dat Art. IV van het Convent
onmogelijk
maakte,
een
gezant
van
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1916
Abraham Kuyper Collection | 736 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1916
Abraham Kuyper Collection | 736 Pagina's