Antirevolutionaire Staatkunde - pagina 418

DE ZUID-AFRIKAANSCHE REPUBLIEK EN DE ORANJE-VRIJSTAAT.

410

kan

zoover

voorloopig aangenomen,

als

nis,

dat ten slotte het verdrag of de verbinte-

voortschrijden,

nog de

sluitend

ratificatie

overlegging,

door eenvoudige

concept geheel gereed lag en

in

behoefde

en 5 dat

;

kennisse

ter

geering moest worden gebracht, en

doen

kon

verzet

geen

blijkbaar

heid

van

om

de

dan van

tot

stand-

was dan ook

aan de Engelsche Regeering gelegen-

hoogte

de

op

in

in artikel IV

bepaling

deze

dan

ander,

geven,

te

den F.ngelsche Re-

van

eindelijk dat deze eerst

zoo ze niet bewilligen kon

blijken,

Doel

koming ervan.

uit-

eerst alsdan, en zulks

't

blijven

te

van wat

er

omging en

te

voorkomen, dat er eenig verdrag of eenige verbintenis zou worden aangegaan, die Engelands positie of Engelands belangen zou kunnen Hierop

schaden.

de

aan

van

Krachtens landsche

dit

in

1881

Groot-Brittanje

maken.

In

zijn

de

te

onderwerpen, dan

gekozen, gelijk het Convent van buitenlandsche betrek-

alle

Regeering

Britsche

overeengekomen bestond

mogendheden geen Het

afzonderlijke

er

zouden

loopen.

voor de buiten-

republiek.

Transvaal

ge-

Buitenland had toen nooit anders, dan met Engeland

1884 daarentegen

viel

te

de qualificatie van Suzerein geheel

geen Resident aangesteld, werd Gezantschaps- en Consu-

weg, werd laatrecht

aan

de

verleend

met

alle

concept

het

over

Transvaal

naamd.

twee

van

bepaald was, dat

toen

inhield,

die

kingen

Suzereiniteit

zou een vorm moeten

natuurlijk

1881

dit

IV geweest, de Zuid-Afrikaansche Republiek als van inférieure

artikel

orde

Ware de bedoeling van

nadruk gelegd.

dient

der

Republiek

toegekend,

vrijheid

van onderhandeling

mogendheden, en alleen mededeeling gevraagd van verbintenis.

Juist

zooals

bij

een alliantie tusschen

mogendheden bepaald kan worden,

groote

dat

de eene geen

nadere verbintenis van bepaalden aard zal aangaan, zonder hierin den

ander

te

kennen.

Engeland ten

§

7.

Nog

Het eenig verschil komt dan hierop neer, dat aan

finale het recht

sterker.

Ten overvloede werd bintenis

met

zelfs ten opzichte

van eenig verdrag

de Oranje-Vrijstaat deze reserve uitgezonderd

tweeërlei aantoont en in

van stuiting verbleef.

wel, 1 dat

1899 evenmin uitnoodigde,

;

of ver-

iets,

wat

de Oranje-Vrijstaat, die onze Regeering

zelf

door

dit zeer

laksche voorbehoud niet

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen