Antirevolutionaire Staatkunde - pagina 678

:

670

CALVINISTISCH.

Calvijn

en

Languet,

nadruk

adepten

hooge

geesteskinderen,

zijn

een

niet

gezag

was voor

Rijk

niet

't

minst

Calvijn en zijn

met onderdeelen, voor welke het wet op elk gebied stelde. Deze kleine

de

leven in steden en gewesten, hadden uit zich

sociale

't

hen

bestuurseenheid

Souverein

formatiën van

onder

en

Een

gelegd.

heeft

een eigen bestuursinrichting voortgebracht en leefden alzoo onder

zelf

magistraten, die Calvijn als magistratus inferiores, d.

eigen

van

stuurders

lagere

i.

als be-

van de Hooge Overheid, die het bewind

orde,

Zoo was

over het geheele land voerde, onderscheidde.

een stede-

er

lijke

bestuurskring en een gev/estelijke bestuurskring, die in het genot

van

zekere

autonomie verkeerden, en die hun autonomie

niet zelden

met geweld van wapenen tegen wie ze ondermijnen wilde, poogden

De hooge muren waarmede

verdedigen.

te

omtuind

waren,

op

doelden

alle

deze steden voorheen

handhaving van

de

die

Tweeërlei vond de Overheid alzoo tegen zich over.

van het gemeene leven

verweer

een

in

zelfstandige

wijze

rechten

allengs

gewestelijke

toch

het

en

En

al

bijna geheel

generale

standpunt

en

ordines,

of

daarbuiten,

schappen hun rechten.

De autonomie

gezinnen, kringen, standen enz. vond haar

in

statuut

autonomie.

in

verweerden is

nu

dit

opgegaan

Staten

deze ordines, of ook op de

bloot-locale

in

de rechten der Gemeenten,

of Parlementen, onverbiddelijk

worden vastgehouden, dat de

ringen verweerde rechten, niet

gemeen-

verweer van de autonomische

bij

in

moet

deze vergade-

manier van gunst door het Opper-

gezag

aan de volksgeledingen verleend zijn, maar dat ze van Godswege aan het Volk in zijn geledingen toekomen. De regeling ervan moet natuurlijk aan de wet worden overgelaten, en in zooverre spreekt het Hooge gezag hierin mede, maar nooit mag het voorgesteld, alsof

de Gezinsordinantiën of de autonomieën der kleine landskringen, een door de Hooge Overheid verleende gunst waren, die derhalve konden

worden teruggenomen. die

Godes

zijn,

Het

Hem

en door

ledingen zijn opgedragen. Souvereiniteit

in

geldt

in

alle

deze autonomieën rechten

aan het Volk

in zijn

onderscheiden ge-

Vandaar mijn voorliefde voor de zegswijze

eigen kring.

Het monisme

in het Rijksbestuur leidt

noodzakelijkerwijs tot krenking van de volksrechten en volksvrijheden.

Het en

Calvinisme

heeft

hoog gehouden.

ment,

zijn

met het oog daarop steeds de tweeheid geëerd

Er

is

een Hooge Overheid, die als Gods instru-

Oppergezag over heel het

Rijk uitoefent,

maar

dit Rijk zelf

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen