Antirevolutionaire Staatkunde - pagina 276

DE SOUVEREINITEIT.

268 hoe

om

haar hand houdt,

onbetwistbare

haar

Dat

doen.

te

de

maar

de vrijheid der wetenschap

souvereine rechten

voor

zijn

de uitoefening van

openingsrede

tot

schier te niet

ja,

te

Amsterdam

onderwerp koos

:

Souve-

greep, niet uit de fantasie,

uit het leven.

Het aesthetisch

6.

Op

terrein.

Het Schoone vormt een eigen

aesthetisch terrein geldt hetzelfde.

wereld

en kan in

bonden

zijn.

openbaring niet anders, dan door zichzelf ge-

zijn

Vandaar, dat ook op

haar vrijen loop moet hebben.

wet

die de Overheid in in

beperken,

te

was dan ook een

eigen kring,

in

reiniteit

zijn,

de opening van de Vrije Universiteit

bij

rector

eerste

§

anderzijds de middelen

toch

veelzijdig

niet

gebied de eigen souvereiniteit

dit

Toegegeven moet, dat de

even streng karakter draagt,

op het

als die

hier geldende

terrein der

wetenschap.

Dit verklaart zich hieruit, dat de denkwereld in zich zelf bestaat, terwijl

van

wereld

de

Schoone zich

het

wording van het Subject denken valsche korter

in

't

van

het

„smaak

:

lagere aesthetische

bij

stemd te

stelling

om

is,

leidde zelfs tot de zoo

Dit

laat.

de gustibus

non est disputandum,

Waar

verschilt", vertolkt.

hooger

ons

te

onbe-

besef van een hooger, toongevend element op

Hoe valsch iemands smaak ook

Op

bij

hierin is alleen, dat

vorming de subjectieve gewaarwording

tot het volle

klimmen.

gevolgd.

:

van de gewaar-

niet onafhankelijk

terrein

zij,

daarentegen treedt

steeds meer terug en erkent men, ook

bij

toch wordt ze vaak dit

puur subjectieve

ernstig verschil, toch altoos

de heerschappij van harmonieën, die boven ons bereik liggen, en niet aan onzen smaak onderworpen

zijn,

maar veeleer ons beheerschen

of

althans beheerschen moeten. Steeds meer leidt dit dan tot de erkenning, dat

God als

ook op het

erf

voortgebrachte priester

op het

van het Schoone een door

wet erf

geldt,

en dat niemand het recht heeft, zich

van het Schoone aan

der Schoonheidsharmonieën niet weet waardelijk aan onderwerpt.

dan het

Op

God ontworpen en door

te

te

dienen, die deze wet

grijpen en er zich niet onvoor-

geen terrein treedt de zwakke mensch

ook zoo welbewust autonoom tegenover de Overheid op, erf

van

indenken,

dat

deze een

Goddelijke kunstenaar

harmonieën. bij

Godes

Het

laat

als

op

zich zelfs niet

Gratie, die metterdaad door

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen