Antirevolutionaire Staatkunde - pagina 290
met nadere toelichting op Ons program. Eerste deel. De beginselen.
DE SOUVEREINITEIT.
282
heid terug gaat. Tegenover de machtige wereldproblemen, die zich in den
loop eener historie van duizenden van jaren ontplooiden,
de enkele
is
Dit voelt de stoutste denker
mensch de geïncarneerde hulpeloosheid. Hij verwijst dan ook niet eeniglijk, naar wat
zelf wel.
of tot
genie
menschelijk
Almacht en
gemeen, en
in het
komen
toe
niet
er
hij
om
kan,
neer
Heiligheid
niet zelf
hij
buigen,
te
van
Ter verklaring
komt
verloop
ook
trekt
hij
de
in
dan ten
hij
erkent,
Hij
met namen noemen
i.
wordt dan,
dat
geheel en
weer op de menschheid
dus op de menschelijke natuur en op
den mensch van den beginne
van
idee
d.
uit,
nu met zulk een
is
zich tegenover de
gemeen.
in zijn historisch
slotte altoos
was, en sinds steeds in wonderen
wat
't
dat de velen, die
ja,
wereldprobleem
het hij
genomen
als een geheel
hetgeen
wrocht,
't
Waar Gods Wijsheid,
ook saam nog slechts een stukste der zaak voortbrachten.
toch
kan,
zelfverzon,
den loop der eeuwen.
in
zich in eerbied voor
Godsidee terug op de idee van den mensch in dat
hij
stand bracht, maar beroept zich steeds op de exploiten van het
stelsel te
af
verborgen
Doch
vooruitgang zich ontplooide.
Immers, de onderstelling
vorderen?
het opkomen van den mensch, en aan het
aan
komen van de menschheid, een
alsmede
idee,
uit-
verwezenlijking van die
ter
idee een scheppende macht voorafging, en dat in die idee als in kiem
en
kern
school,
en
genie
in
wat
al
later in 's
menschelijke
de
één Urmensch geweest, die zich
deze
menschheidsidee
menschen
energie
uitdacht
natuur, in
zelf tot aanzijn riep, al
en
in
't
zijn
in
ook,
een
in
die
De
deels
ze
poging,
om
zelf
is
uitvoerde, is,
van waar
maakten maar die anderdeels hen
door de Evolutieleer aan de schepping
van den Urmensch door een God, die
ontkomen,
niet
de opeenvolgende geslachten opgekomen en uitgekomen
historie,
beheerschte.
is
den schat van
nakomelingen
maar geheel deze rijkdom van gedachten en van krachten dan
menschelijk
Het
zich openbaarde.
dan ook
in
hem
niet alleen mislukt,
zijn
maar
beeld overdroeg,
A/zoes/
mislukken.
te
Tot
wat monade men den Oorsprong van de menschheid ook herleidde, toch bleef altoos vaststaan, dat in en achter deze monade de totaliteit van gedachten en krachten, van ideeën en energieën moest geschuild hebben,
die
vertoond
was en haar loop begon, mensch won er voor zijn eigen
zich later, toen de menschheid er
hebben.
De
mensch
als
grootheidsidee dan ook niets door, hoever
van
zijn
latere
ontplooiing
in
ook terugschoof.
het verleden In
hij
de kiem
elk geval toch
was
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1916
Abraham Kuyper Collection | 736 Pagina's
![Antirevolutionaire Staatkunde - pagina 290](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/abraham-kuyper-collection/antirevolutionaire-staatkunde/1916/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1916
Abraham Kuyper Collection | 736 Pagina's