Leven en arbeid van Dr. A. Kuyper - pagina 227

VOOR SOCIALE RECHTVAARDIGHEID.

205

door de hardheid der bezitters Zijn toorn doet ont-

in het levenslot

branden. Dr. K Woords

u

yp

e r heeft voorts een zacht verwijt

die zoo zelden getoond

hebben

te

aan de dienaren des

gevoelen wat snijdende

macht de macht van het Evangelie is, om eenerzijds de rijken van hun kapitalistische neigingen en de armen van hun socialistische velleïteiten af te brengen. „Opdat de rechtvaardige zijn handen niet uitstrekke naar onrecht", roept Gods Woord, aldus betuigende, dat ook de arme naar de wereld een zondig mensch blijft, en door de terging der wereld tot zonde kan verleid worden. En daarom behooren de dienaren van het Woord des Heeren de sociale nooden niet langer te verzwijgen,

te

maar de bazuin aan de

lippen te zetten

om

EvangeUe, ook met het oog op de aardsche toestanden

Zijn heilig

doen uitgaan. Dr.

K

u y p e

r

erkent dat zijn

woord

bij

de stembus nu en dan

te

was, maar waar waren de gegoeden en aanzienlijken, die

schril

„Ge spreekt te schril, laat uwe woorden lieflijker wormaar hiervoor danken we u, dat ge de grondgedachte van

toen riepen: den,

onzen Heiland op sociaal terrein ons herinnerd hebt." Helaas het

mocht niet zijn. Een enkele Zacheüs juichte hem toe, maar de meeste Nicodemussen en Jozefs gingen schuilen. Anderen gingen heftig tegen Dr. K u y p e r te keer. „Zelfs de Rothschilds met hun Titanisch kapitaal hebben onder ons verdediging gevonden" zoo klaagt hij. Daarbij heeft zijn hart geschreid, want dat deerde de eere van onze Belijdenis en slaat den roep van het Evangelie met matheid. En als er dan van Socialisten en Anarchisten een lokkende en tartende stem ook naar onze werklieden en „kleine luyden" uitgaat, om hen van hun God afvallig te maken, hun begeerlijkheid te prikkelen en hun hartstocht in vlam te zetten, is het dan niet plicht om tegen dat geroep uit de diepte de stem van onzen Heiland te doen weerklinken en ja, hun begeerlijkheid te dempen, maar óók den geest des ontfermens en den toon van heilige sympathie hun op 't hart te doen dringen?

Dr.

nen

K

u

alleen,

yp

e r eert de aanzienlijken onder de Christenen,

de sociale woelingen een eere voor hun Heiland

bij

zoo

ze,

als

zij

zijn,

kun-

maar

Jezus onverdeeld van hart, hun hand over de

schare uitbreiden, roepende: „Deze

zijn

mijne moeder, mijn broeders

en mijn zusters" en ze daardoor weerhouden van begeerlijkheid en onrecht.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen