Leven en arbeid van Dr. A. Kuyper - pagina 140
DR.
118
KUYPER ALS STAATSMAN.
wetboek op den arbeid.
Hij
behoort niet tot degenen, die
soepkaart of vriendelijk liuisbezoek of Bijbellezing kracht
in
een
tot stuiting
van het kwaad zoeken. De sociale quaestie geldt niet den arme, maar den daglooner, den klerk en den kleinen bureaulist. Maar alleen van een wetgeving op den arbeid verwacht Dr. K u y p e r het niet. Bij ommekeer in de wet acht hij noodig terugkeeren tot Godzalige zeden.
Wegneming van
ongelijkheid in bezit verwerpt
een hersen-
hij als
schim; slechts bescherming en verzachting van de, door de zonde ontstane, ongelijkheid.
De
lagere klasse staat wel als zwakker deel
tegenover de hoogere standen als het aankomt op kapitaal en
maar zou op haar beurt omgekeerd de
ligentie;
als het ging
Waar
om
intel-
sterkere blijken
spierkracht en slimheid.
de maatschappij zich
in
twee kampen
splitst ter
verdediging
moet het op burgeroorlog en dus op het recht van den sterkste uitloopen ,tenzij er nog bijtijds een zedelijk recht tusschenbeide trede, dat in de schatting van beide groepen hooger dan die belangen geschat, ze afhouden kan van geweld en onrecht, door vat op de consciëntie. Zulk een recht levert niet het recht dat uitgaat van den Staat, wijl de bovendrijvende partij in den Staat de macht bezit, dat recht
van over en weer
strijdige belangen,
te verbuigen.
Men moet daarom omzien naar een
recht, dat
hooger dan de Staat
en buiten het bereik der politieke behendigheid liggend, vast gefun-
deerd
zij
in
Hem,
die in het
hooge en
Terugkeer naar Gods Woord, opdat de barmhartigheid weer stille
onderwerping weer
bij
bij
als
heilige woont.
de oorkonde van dat recht,
ons inkeere en, moet
het,
opdat de
ons vernachte; maar allereerst opdat
met recht tegen recht voor het forum der consciëntie gestreden worde, en daarnaar de wederzijdsche verhouding zich regele. Het er
egoïsme, en
zijn
desorganiseerende werking ga
samenleving en de Heide, die saambindt en
in
uit
de menschelijkc
verband
zet,
herwinne
haar organiseerenden invloed.
Bescherming der zwakken is de eigenaardige taak der Overheid. Een overlaten van de maatschappij en haar samenstellende deelen aan eigen aandrift, had nooit ander gevolg dan dat de zwakkere, ongedekt met den sterkere worstelen moet; het dus aflegt en bezwijkt. Daardoor zou de menschelijke samenleving wonderwel
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1919
Abraham Kuyper Collection | 362 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1919
Abraham Kuyper Collection | 362 Pagina's