Dagen van goede boodschap - pagina 64

„EEN ENGEL VAN GOD GEZONDEN."

52

woont God toch

den hemel en uit dien hemel moet Hij gunst te doen toekomen. o, Eens, als het bewindsel van het aangezicht valt en ons oog zich ontsluiten zal voor de eeuwige glansen, dan hoeft dat zenden niet meer. Dan zijn we nabij Hem en zullen we Hem zien, gelijk

om

zenden

Hij

ons

in

zijn

is.

Maar nu moet

Hij

nog zenden. Nog

uit

de verte het

voor ons bestemmen en het nvar ons in beweging zetten. De engel Gabriël was van God gezonden. Uit den hemel ging hij uit en trok in Nazareth in. Maar toch is het ook een heerlijke gedachte gezonden was die engel, en gezonden van God. :

Het was

kwam

;

niet

die

uit

maar een

engel,

die

uit

eigen aandrift

eigen beweging naar Maria ging

;

die uit

eigen overleg naar Nazareth afdaalde.

Neen, de engel was gezonden. Hij

kwam

in

dienst, uit last, naar het

hoog bevel van

God. En toen hij kwam, sprak in zijn komen ons niet enkel engelenminzaamheid, maar goddelijk erbarmen toe. God Almachtig in den hemel had bemoeienis met die

zijn

vergeten dochter in

't

Galileesche vlek.

zag haar nederheid ') aan. En zond zijn machtigen engel naar Maria haar naam tot glorie, heur ziele tot troost! Hij

in Nazareth,

Een engel was van God gezonden! Niet maar een afdoening, een indruk, een werking in het geestelijke, van God op Maria's ziel uitgaande, naar de in-

Men lette toch bij Bijbeluitgaven, om dit nederheid niet nederigheid te veranderen. Het is zoo heel iets anders. Nederheid is lage stand in de maatschappij. Nederigheid is ')

in

stilheid

van

ziel.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen