GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Ad Valvas 1976-1977 - pagina 162

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ad Valvas 1976-1977 - pagina 162

14 minuten leestijd Arcering uitzetten

2

AD VALVAS — 10 DECEMBER 1976

Voorstel werkgroep doelstelling betekent prijsgeven christelijke signatuur op bestuursniveau Naar aanleiding van h e t r a p p o r t van de Werkgroep doelstelling d.d. 2 nov. 1976 — waarover de discussie aan onze universiteit en daarbuiten zal w o r d e n voortgezet, nu de Universiteitsraad in zijn vergadering van 23 nov. j.1. d e beslissing over het genoemde r a p port heeft uitgesteld — wil ik , gaarne een enkele opmerking maken. Het voorstel v a n de w e r k g r o e p komt er op neer dat de sinds 1973 voor leden van de Universiteitsraad, van het Dagelijks Bestuur van de Raad van Studenten-aangelegenheden (R.S.A.) en sinds 1975 ad interim voor leden van de (sub)fakulteitsbesturen geldende „dan-wel-verklaring" algemeen wordt gemaakt voor alle bestuursfuncties aan de V,U., zodat in eerste aanleg op het bestuursvlak de christelijke signatuur van de V.U. wordt losgelaten, alle fraaie woorden over „naar vermogen in de geest van de doelstelling der universiteit te w e r k gaan" en „aanspreekbaar blijven" ten spijt. De fameuze „dan-wel-verklaring" houdt in dat iemand, die gekozen is in de U.R. in de plaats van een verklaring van instemming met de doelstelling, k a n volstaan met de verklaring: „ik ken de doelstelling en ik ben bereid naar vermogen in de geest van de doelstelling te werken." Dit betekent, dat w a n neer hij niet innerlijk achter de doelstelling staat, hij verklaren kan dat hij intellectueel kennis draagt van het bestaan van de doelstelling en op basis van deze louter uitwendige, verstandelijke wetenschap zal trachten naar zijn vermogen in de geest van de doelstelling te w e r k e n . De „geest v a n de doelstelling" betreft n u echter niet meer de geest van h e t evangelie ( w a n t dat is onmogelijk bij iemand, die zich niet langer innerlijk aan het evangelie onderwerpt), m a a r de praktische doeleinden, w a a r i n de doelstelling bij de bestuurswerkzaamheden wordt geconcretiseerd. De praktijk aan de V.U. is immers dat men de doelstelling vertaalt in allerlei praktische doeleinden, zoals de toenemende democratisering en „vernieuwing" van de samenleving, de verheffing van de ontwikkelingslanden, de bestrijding van de Zuidafrikaanse apartheidspolitiek, de bevordering van de milieuhygiëne enz. enz. Welnu, ook de niet-christen zal op zijn manier pogen deze doeleinden te bevorderen en kan dan ook in h e t licht van deze vertaling der doelstelling te goeder t r o u w v e r k l a r e n dat hij naar vermogen in de „geest van de doelstelling" zal werken.

Van uitzondering naar algemene regel Het voorstel van de werkgroep doelstelling houdt In dat de „danwel-verklaring" van uitzondering tot algemene regel wordt gemaakt. Dit betekent dat niet-christenen ongelimiteerd in bestuursfuncties kunnen worden toegelaten (zolang xg tenminste niet van plan z^n de doelstelling expliciet te bestrqden). De christelijke signatuur van de V.U. is daarmee in beginsel op het bestuursvlak prijsgegeven. Dit wordt echter gemaskeerd door het dubbelzinnig gebruik van de woorden „geest van de doelstelling". In het licht van deze dubbelzinnigheid stelt ook de verlangde „aanspreekbaarheid" niets voor. Het is mij werkelijk een raadsel dat èn College van Bestuur èn „bestuur d e r vereniging" deze

KANTOORBOEKHANDEL

Door prof. H. J. van Eikenia Hommes valstrik in de bewoordingen „geest der doelstelling" niet hebben doorzien. Of is, hetgeen ik gesteld heb omtrent de verschuiving in de betekenis van de „geest van de doelstelling" juist wat m e n wil? Maar ik kan de heren verzekeren, dat deze verschuiving niet tot h e t bestuursvlak b e p e r k t zal blijven en met innerlijke noodwendigheid zal worden uitgebreid naar het vlak van alle benoemingen van zowel het wetenschappelijk als het niet-wetenschappelijk personeel. Mijns inziens staat de V.U. op dit ogenblik voor een vitale beslis-

Deze tweesprong w o r d t haarscherp aangevoeld door t w e e groepen: de Verenigingsleden, die in hoge mate verontrust zijn door de lijn van de werkgroep, èn de P.K.V.-mensen, die moord en b r a n d schreeuwen als de „dan-wel-verklaring" in gev a a r komt (zie Pamflet H a n d e n af v a n dan wel verklaring, S.R.V.U., 22-11-1976, gericht tegen de motie Van Baars, Van D;jk, Jansen, Knol, Mulder). Laat het bestuur van de Vereniging beseffen, d a t w a n n e e r h e t niet optreedt tegen de o n t w i k k e lingen aan de V.U. en niet-^sal staat voor de christelijke signatuur van onze universiteit, de ondergang van de Vereniging onafw e n d b a a r is. De duizenden t r o u w e leden zullen zich van haar afwenden. En weegt dat op tegen h e t gehuil, dat tijdelijk zal opklinken van de zijde van S.R.V.U., P.K.V., studentenpredikanten e.d.?

VUSO over "doelstelling en verkiesbaarheid'i f ' In de universiteitsraad van 23 november stond (na een eerste ronde over de kwestie doelstelling VU en verkiesbaarheid) de behandeling van het ordevoorstel van de heer Vroon van de Vereniging centraal. Het ging in deze vergadering vooralsnog alleen over de verkiesbaarheid UR-leden. De neer Vroon stelde voor alleen over de motie, die H a r m Scheepstra als eerste ondertekenaar had en in de wandelgangen „prevalentiemotie" w o r d t genoemd, te spreken. De motie luidt als volgt: „De Universiteitsraad van de Vrije Universiteit, in vergadering bijeen op dinsdag 23 november 1976, gelezen het advies van de w e r k g r o e p doelstelling (62768), gelezen de notitie van de voorzitter van de raad (62717), overwegende het bepaalde in artikel 1.3.1 en artikel 1.3.2 van de Regelen voor de Vrije Universiteit, spreekt als zijn mening uit — dat de doelstelling van de Vrije Universiteit, zoals verwoord in artikel 1.3.1 van de Regelen voor de Vrije Universiteit n u en m de toekomst prevaleert boven de bes t u u r s s t r u k t u u r van de Vrije Universiteit, — en dat derhalve de verklaring, zoals bedoeld in artikel 1.5.4 van de Regelen voor de Vrije Universiteit, een gerechtvaardigde beperking is van de verkiesbaarheid." Daar de P.K.V.-fraktie het niet geheel eens was met deze motie wilde zij deze amenderen. Een v a n de spelregels is echter dat een motie niet geamendeerd kan worden. Daarom k w a m de P.K.V.fraktie met een alternatieve motie, die luidde: (tot aan „spreekt als zijn mening uit" was de motie hetzelfde) „— dat de doelstelling van de Vrije Universiteit, zoals verwoord in artikel 1.3.1 van de Regelen voor de Vrije Universiteit nu en in de toekomst h e t besturen v a n de V.U. moet doordringen en beheersen, — en dat derhalve (rest zie bovenstaande) . . . (met de toevoeging:) van leden van de universiteitsraad." Beide moties lagen ter stemming op tafel. Voordat over de prevalentiemotie werd gestemd werd de voorzitter van de werkgroep doelstelling gevraagd wat de werkgroep onder prevalentie verstond.

G E B R.

r(i)(§)dring Kastelenstraat 105 Vijzelgracht 57 Beethovenstraat 5 P. Calandlaan 81

sing. Of men gaat voort op de weg van de Werkgroep-doelstelling, d.i. de weg van de „dan-wel-verk l a r i n g " öf men keert terug van deze weg en b r e e k t met iedere „dan-wel-verklaring".

WINTER

TEKENGEREEDSCHAPPEN

Rozengracht 52 Linnaeusstraat 58 Amstelveenseweg 77 Tussenmeer 52

Door Gerda Louiverse, voorzitter VUSO A titre personnel m e r k t e de voorzitter op dat dit kon worden opgevat als „doordringen en beheersen".

De stemming De VUSO-fraktie stemde uiteraard voor de prevalentie-motie, m a a r ook de gehele P.K.V.-fraktie stemde, zij het na enige interne v e r w a r r i n g , voor. De motie w e r d met meerderheid van stemmen aangenomen. Na de stemming over deze motie volgde een stukje toneel, daar de S.R.V.U.-voorzitter van de publieke t r i b u n e naar voren sprong en n a m e n s de publieke t r i b u n e (nota bene) verklaarde, dat men zich distancieerde van het stemgedrag van de P.K.V.-fraktie. (Gezien in het kader van h e t ontkennen van een S.R.V.U. = P.K.V.relatie werpt dit een aardig licht op deze verhouding) en tevens dat de motie politieke diskriminatie inhield. (Bij deze een verzoek aan de S.R.V.U. in het algemeen en de voorzitter in het bijzonder in h e t vervolg een beetje genuanceerder een betoog te houden door te melden namens een deel van de publieke tribune te spreken, daar niet iedereen zich door de S.R.V.U. wenst vertegenwoordigd te zien). Daar dit — voor de niet-S.R.V.U.ers — plotselinge optreden de vergadering verstoorde, schorste de voorzitter tijdelijk de vergadering. Na de schorsing v e r k l a a r d e een van de leden van de P.K.V.-fraktie dat „prevaleren" moest worden opgevat als „doordringen en beheersen" een wat r a r e konstruktie, daar a) o.g.v. het taalgebruik „prevaleren" onderscheiden wordt van „doordringen en beheersen" (vgl. van Dale; prevaleren: h e t overwicht hebbend, de voorrang h e b ben; doordringen: heel goed overtuigen van; beheersen; r e g e r e n ) ; b) de interpretatie van een motie volgens inmiddels in de universiteit gangbaar geworden praktijk in de eerste plaats de door indiener van de motie w o r d t gegeven; c) deze motie voor de P.K.V. aanvankelijk aanleiding was om een alternatieve motie in te dienen (zie boven) m e t de zinsnede „doordringen en beheersen" naast de prevalentie-motie.

Bestuurlijke

vertaling

De voorzitter van de U.R. nodigde zelfs de P.K.V.-fraktie expliciet uit haar motie in te t r e k k e n , daar zij volgens h a a r eigen zeggen een doublure van de prevalentie-motie was. Hiertoe expliciet uitgenodigd trok de P.K.V.-fraktie haar motie

Bij Akademie van

Wetenschappen

Groen licht voor dienst wetenschapsvoorlichting D e Koninklüke Nederlandse Academie van Wetenschappen kan verder gaan met haar voorbereidingen voor de opzet van een voorlichtingsdienst Minister Trip heeft hiertoe besloten. Wanneer in maart volgend jaar een eindadvies is uitgebracht door de Academie zal hy een definitieve beslissing nemen. Trip is het in grote lijnen eens met .het nu door de Academie uitgebrachte interim-rapport, dat nog slechts een voorlopig karakter draagt. De minister had in november vorig j a a r om een onderzoek gevraagd in h e t k a d e r van zijn streven wetenschapsvoorlichting en popularisering t e bevorderen. In dit onderzoek w e r d e n de behoefte aan en mogelijkheden van een wetenschappelijke voorlichtingsdienst onderzocht. Het interim-rapport concludeert, dat in het algemeen in de samenleving behoefte blijkt te bestaan aan informatie over wetenschapsbeoefening en onderzoekresultaten. De bestaande wetenschapsvoorlichting vertoont echter een geb r e k aan systematisering en coördinatie. In h e t totale beeld v a n de voorlichting komen lacunes voor en over de multidisciplinaire wetenschappelijke bijdrage om actuele en urgente maatschappelijke problemen aan te p a k k e n w o r d t slechts mondjesmaat voorgelicht. Ook de interdisciplinaire voorlichting van wetenschap aan wetenschap is m a a r gebrekkig. Op grond hiervan t r e k t het r a p port de conclusie, dat er in h e t geheel van de wetenschappelijke voorlichtingsaktiviteiten plaats is voor een dienst, die als zelfstandig c e n t r u m coördinatie-bevorderend w e r k t en in lacunes voorziet. Daarbij moet zo'n dienst doublures met andere voorlichtingsinstanties vermijden en ook geen t a k e n daarvan overnemen. S a m e n w e r k i n g met andere voorlichtingsinstanties moet worden nagestreefd. Algemene doelstelling v a n de dienst moet zijn; mogelijk maken, dat het publiek betrokken raakt bij wat er in de wetenschapsbe-

oefening gaande is. Voor deze dienstverlening worden vier hoofdgroepen onderscheiden: de massamedia, de wetenschap, het algem e n e publiek, studenten en scholieren.

Onafhankelijk De dienst zal b e t r o u w b a a r moeten zijn en een samenhangend stel n o r m e n moeten naleven. Zijn taken moeten in onafhankelijkheid tegenover de buitenwereld worden vervuld. Hij zal moeten streven n a a r zo veel mogelijk objektivering. Deze eis dient in een statuut te worden uitgewerkt. Daarin moet, zo vermeldt h e t rapport, het bestuur van de Akademie de uitoefening van het toezicht op de dienst delegeren aan een kommissie van onafhankelijke personen. (J. K.)

De bespelingen op het Couperinorgel in de aula van het VU-hoof dgebouw zullen op 2 februari volgend jaar worden voortgezet. Woensdag 8 december bespeelde Ewald Kooiman het aula-orgel voor het laatst dit jaar.

Middaggebed Het middaggebed in de kerkzaal op de 16e verdieping van h e t hoofdgebouw zal donderdag 16 d e cember worden verzorgd door prof. dr. J. Veenhof. Aanvang: 13 uur. Iedereen is welkom. Dit m i d d a g gebed is h e t laatste van dit jaar. I n h e t volgend j a a r wordt h e t eerste middaggebed gehouden op 13 j a n u a r i door mevr. ds. G. Morslnk (ziekenhuispredikant AZVU).

Nieuwe leden in bestuur Vereniging In het b e s t u u r van de Vereniging zijn twee nieuwe leden benoemd. Het zijn mr. P . J. Biesheuvel en drs. J. M. Mudde, resp. uit Den Haag en Amsterdam. De heer H. W. Velema is als bestuurslid afgetreden. De benoeming vond plaats in de jongste ledenraadsvergadering. Het b e s t u u r is nu als volgt samengesteld: ds. K. M. R. van der Beek te A r n h e m (plaatsverv. voorzitter) ; mr. P . J. Biesheuvel te 's Gravenhage; m e v r o u w J . van Leeuw e n te Zoetermeer; drs. J. M. Mudde te Amsterdam; H. van Namen te Amstelveen (penningmeester) ; mr. D. Schut te Amsterdam (voorzitter); prof. dr. G. J. Sizoo te Amstelveen (erelid); mr. J. W. Ubbink te Landsmeer (secretaris); ir. C. J. van Zwet t e Eindhoven.

niet in, dus toch w a s e r n a a r h a a r mening verschil. De P.K.V.-motie die d a a r n a in stemming kwam, w e r d ook met grote meerderheid van stemmen aangenomen. Gekonkludeerd kan worden dat in ieder geval de prevalentie van de doelstelling is uitgesproken. Nu is het wachten nog op de bestuurlijke vertaling van deze moties die hopelijk plaatsvindt in de e x t r a U.R.-vergadering op 14 december om 18.30 uur.

Redaktie-adres: De Boelelaan 1105 Postbus 7161 Amsterdam, telefoon 5484330 of 5482671.

020-

Redaktie: J a n van der Veen (hoofdr e d a k t e u r ) , J a a p Kamerling, Joke Bleichrodt. Medewerking: Rudi Agerbeek, Guus H e r b schleb, Ben Rogmans, J o h a n de Groot, Dienst P e r s en Voorlichting. Fotograaf: P e t e r v a n Vliet Tekenaar: F r a n s Vera Kopö, niet bestemd voor de mededelingenrubriek, moet (getypt) uiterlijk m a a n d a g morgen 10 u u r b i n n e n zijn. Advertenties: J. G. Duyker, Postbus 40, Noordwolde (Fr.) Tel. 05612-541. Adjes: Max. 30 woorden. Kosten ƒ 6,—. Opgave voor m a a n d a g 10 u u r k a m e r 1 D-08 VUhoofdgebouw. K o n t a n t e b e taling. Toezending: Ad Valvas k a n ook per post worden toegezonden. Wie v a n deze mogelijkheid gebruik wil m a k e n k a n d a t — uitsluitend per briefkaart — melden aan Administratie toezending Ad Valvas, Vrije Universiteit, postbus 7161, Amsterdam, onder vermelding van n a a m en adres en d e mededeling of h y / z y student is of lid van h e t personeel.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 september 1976

Ad Valvas | 440 Pagina's

Ad Valvas 1976-1977 - pagina 162

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 september 1976

Ad Valvas | 440 Pagina's